Kabeljauw vismethode
(klik op de afbeelding voor een vergroting) |
Dat het eerst flink moet gaan vriezen
eer je kabeljauw vangt, is bakerpraat. Pas als het zeewater tot onder de
vier graden daalt, trekt de kabeljauw naar dieper water. De periode dat
men vanaf de kust kabeljauw vangt, loopt van oktober tot half januari en
van maart tot en met april. Eind januari trekt de vis naar de
paaigronden en blijven alleen de echte kleintjes achter.
Vooral in het donker is de vis vanaf de kust te
vangen. Maar is de zee ruw en de lucht bewolkt, dan lukt het vaak ook
overdag en hetzelfde geldt voor diep water.
Opkomend en afgaand water zijn
gunstig en vaak aast de vis actief aan het eind van zowel de eb- als de
vloedstroom.
Vis je van laag naar hoog water, dan maak je de beste kansen op het
moment dat de eerste stroom loopt tot twee uur voor hoog water. Van hoog
naar laag maak je de beste kans als de stroom gaat lopen tot ver in laag
water.
Toch is het een feit dat steeds minder kabeljauw vanaf de kant
gevangen wordt en dan nog vaak kleine exemplaren. Het is vaak
wachten om kabeljauw vanaf de kust te vissen tot een fikse storm de vis dichter
naar de kust toe gedreven heeft.
Bootvissers vangen ze in dieper water gewoon overdag. Als men
boven ver gelegen wrakken en andere obstakels vist, blijkt de soort ook
hartje zomer goed te vangen. Beste periodes voor het vissen vanaf boten
zijn mei-juni en oktober-november
Er gaan ook steeds meer vissers hun geluk in Noorwegen proberen.
Daar zijn ze nog massaal te vangen en in formaten waarvan je hier
alleen kan dromen. Het spreekt vanzelf dat hiervoor een aangepaste
uitrusting nodig is. Dit wordt dan ook apart behandeld.
|
Aas
De kabeljauw is een alleseter die zich zelfs wel eens vergrijpt aan
kleinere soortgenoten.
Krabben, garnalen, visjes, schelpdieren en vooral
zeepieren en zagers vormen echter aan de hengel het hoofdmenu. Grote
zwarte zeepieren en verse franse tappen zijn het allerbeste aas, met de zager als
goede tweede. Verder mesheften, garnalen, stukjes makreel, pijlinktvis en
zachte krab.
Wees niet zuinig met aas en rijg gerust drie of vier zeepieren of
tappen, of een hele zager op de haak.
Bij het wrakvissen gebruikt men
pilkers, maar ook loodkoppen met grote shads, plastic inktvisjes,
kunstwormen, jigs en grote veren. En in grote concentraties bij wrakken
pakt de kabeljauw juist dat kunstaas het liefst, al lukt het daar meestal ook met een
grote haak en een flinke dot zeepieren.
Al is niets nu eenmaal het wondermiddel en kan dit van dag tot dag
verschillen.
Hengelmateriaal strand
Voor het kabeljauwvissen vanaf de stranden en havenhoofden is een stevige
hengel noodzakelijk. Dergelijke hengels worden "pierenrammers" genoemd en
behoren tot de zwaarste categorie hengels.
Dus stokken van vier tot vijf
meter voor werpgewichten van 150 tot 200 gram. Het eerst genoemde gewicht
als het meest gangbare, het tweede voor het geval er een zware zee loopt
en het stevig stroomt.
Een worp van 70 meter en meer is beslist noodzakelijk om een goede kans
te maken op gul van behoorlijk formaat.
Op de hengel een sterke en snelle zeewerpmolen.
Als lijn max 35/00.
Montages
Vissen op kabeljauw vanaf
de kust gebeurt vrijwel altijd met ankerlood. Men kan dan kiezen voor een
onderlijn met twee haaklijnen, al dan niet bevestigd aan twee afhouders
VB1.
De meeste kabeljauwvissers kiezen echter voor een lijnsysteem met slechts één
grote haak. Dat kan een lange wapperlijn van 70 tot 150 cm zijn, die vlak
boven het werplood is gemonteerd. VB2
In de buurt van steenstort vist men met
zogenaamde jojo-onderlijnen, waarbij het aas boven het werplood hangt.
Haakt men dan een gul dan hangt het grootste gewicht (de vis) onder het
lood. De kans dat het lood bij het binnendraaien achter een obstakel
blijft hangen, is dan minimaal. VB3
Ziet men graag bijvangsten als schar, bot
en wijting, dan kiest men voor haken nr. 2 en 1/0. Staat er zuiver en
alleen "kabeljauw" op het programma, dan vist men met haakmaten nr. 2/0 t/m
5/0.
Onderstaand de 3 voorbeelden, andere kan je vinden bij
"basistechnieken/lijnmontages/zeevissen"
Ook zijn er talrijke soorten
onderlijnen kant en klaar te koop in de hengelsportzaak. |
VB1
VB2
VB3
Klik op de tekening voor een
vergroting. |
Hengelmateriaal boot
Vist men vanaf de boot, dan worden voor de vlakke bodem zogenoemde
up-tidehengels van maximaal 3,5m gebruikt.
Voor
het vissen op wrakken is een kortere boothengel van maximaal 2,75 meter
ideaal en worden er naast krachtige molens ook reels gebruikt. Men vist
dan recht omlaag en hoeft niet te werpen.
Vis je vanaf een geankerde boot met kunstaas dan is zelfs een korte
hengel tussen de 1.5 en 2 meter gemakkelijker om het de ganse dag
vol te houden.
Als molen kies je voor een degelijke zeemolen. Het liefst eentje
met een trage overbrenging.
Als lijn volstaat een gevlochten lijn van 35/00 ruimschoots om zelfs
de zwaarste vissen naar boven te takelen.
Om steeds zo effectief mogelijk te vissen mag je je niet vastpinnen
op één systeem. Vooral als de vissen slechts met mondjesmaat
aanbijten kan het erg belangrijk zijn om juist dan met de goede
montage te vissen.
Wanneer het pittig stroomt is het raadzaam om het met een lange dwarrellijn
te proberen. Liefst een dwarrellijn van meer dan 1 meter tot 1.5
meter. Het aas beweegt er extra attractief door in de stroming.
Je kan hiervoor uit verschillende montages kiezen. van simpel zoals
hierboven in vb2, maar dan wel met een lood zonder ankers als je op
drift vist, 200 tot 400 gram afhankelijk van de stroming.
De haken mogen gerust een maatje meer zijn. 2/0 en 3/00 voldoen
uitstekend.
Zorg ervoor dat ze vlijmscherp zijn, en vervang ze tijdig of slijp
ze geregeld bij.
De haaklijn zelf neem je iets dikker tot 50/00.
Een andere montage is deze met een hoekafhouder. Die kan zowel in
plastic of nog beter, metaal zijn.
Wil je nog iets meer kans maken door met een tweede aas te vissen
dan kan je boven het lood nog een zijlijntje plaatsen met aas of
kunstaas zoals in het vb. hieronder of een variant hierop.
Ook de Jojo montage VB3 kan toegepast worden. Een impact schild is
hier natuurlijk niet nodig.
|
(Klik op de afbeelding voor
een vergroting)
|
Is er weinig stroom
dan werkt een montage met twee afhouders en niet te lange haaklijnen
beter.
Een voorbeeld van deze montage is afgebeeld in VB1.
Je zal merken dat soms bij het vissen met twee afhouders vrijwel
alle beten aan de bovenste haak gevangen worden. In dat geval
kan je aas besparen door slechts met een
afhouder te vissen en deze op dezelfde hoogte boven het aas te
plaatsen als waar de tweede afhouder voordien was.
Gewoonlijk is dat zo'n 50cm boven het
lood.
Vissen met een pilker:
Pilkers worden hoofdzakelijk gebruikt bij het wrakvissen.
Kleine boten ankeren meestal vlak voor het wrak en proberen zo te
liggen dat je juist boven of naast het wrak kan vissen.
De grotere charterboten gaan over het algemeen driftend over het
wrak heen waardoor iedereen bijna gelijke kansen krijgt.
Bedenk wel dat die onderwaterobstakels perfect zijn om een massa
materiaal te verspelen.
Wrakvissen is dan ook een kunst en niet zoals velen denken een
kwestie van geluk. Je moet als het ware het wrak aanvoelen.
Het allerbelangrijkste is dat je pilker zo dicht mogelijk boven de
bodem of het wrak moet blijven. In het begin loop je bijna
gegarandeerd vast maar dat mag je er niet toe aanzetten om plots
veel hoger te gaan vissen.
Je moet als het ware een vaste loop zien te vinden en je pilker over
het wrak begeleiden.
Zodra na het inwerpen de pilker de bodem raakt draai je enkele
slagen op. Voel je het wrak dan ga je gewoon mee omhoog. Juist
genoeg om niet vast te raken en toch zo dicht mogelijk bij de
gevreesde obstakels.
Met een op en neergaande beweging brengen we ondertussen actie in de
pilker. Doe dit altijd met korte halen en til de hengel niet te
hoog. +- 40 cm is reeds genoeg om het juiste effect te
verkrijgen.
Lukt het niet dan kan je nog steeds wat hoger liften. Breng wat
variatie aan in de beweging, dat valt meer op en maakt de vissen
nieuwsgierig.
Op die dagen dat de vis los is maakt het nauwelijks iets uit hoe je
pilker over het wrak gaat dan pakken ze hem toch wel. Vaak zelfs
tijdens het zakken of zodra hij de bodem bereik. Maar meestal is het
anders.
Moet je vooruit vissen dan werp je de pilker iets voorruit zodat hij
de kans krijgt op diepte te komen voor hij onder de boot
terechtkomt.
Het gewicht van de pilker is afhankelijk van de stroming en de diepte en gaat van 50
tot 250 gram. Een goed gemiddelde is 80-100 gram.
Toch is het belangrijk om het loodgewicht ook tijdens het vissen aan
te passen. Want door eb en vloed is de stroming tijdens een visdag
steeds verschillend en je aas moet altijd om en bij de bodem
blijven.
Het aanbrengen of vissen met een extra versierde pilker kan op
slechte en ook goede dagen vaak het verschil maken.
Ook het vissen met een extra teaster, dit is een kunstaasje aan een
kort zijlijntje boven de pilker brengt vaak nog mooie gul of
bijvangsten van andere vissoorten op als het met de pilker zelf niet
lukt.
|
(Klik op de afbeelding voor
een vergroting)
andere montages kan je vinden bij
"basistechnieken/lijnmontages/zeevissen"
|
Vissen met shads of rubber kunstaas:
Steeds meer zie je, zeker op kleinere boten vissen met dit soort
kunstaas. De opkomst van de zeebaars is daar zeker niet vreemd aan,
maar ook kabeljauw valt voor dit kunstaas.
Als je op een grote opstapboot vist is het bijna onmogelijk op met
kunstaas te vissen. Met een kleine boot is dit totaal anders.
Vis je geankerd dan moet je werpend vissen en de shad over de
bodem laten huppelen.
De beste manier om shads te vissen is echter driftend over een wrak.
Maak dat je steeds aan de afdrifzijde van de boot staat. Dat is die
kant waar je kunstaas niet onder de boot komt te hangen.
Loodkoppen van 70gram volstaan meestal, maar met sterke stroom moet
je soms 100 gram gebruiken.
Als hengel een stevige spinhengel met een werpgewicht tussen de 50
en 125 gram.
Hoewel het lichter kan raad ik toch 20/00 gevlochten draad aan.
Gevlochten
draad omdat je hiermee ieder schokje van het kunstaas maar ook van
de beet voelt.
Gebruik steeds een onderlijn van minstens 3 meter nylon of
fluocarbon. Het is een feit dat je gegarandeerd meer aanbeten
krijgt dan wanneer je de shad rechtstreeks aan de gevlochten draad knoopt.
Daarbij schuurt fluocarbon niet zo gemakkelijk door.
Met Geel/oranje en fluo shads met een lengte van 12.5cm had ik tot
nu toe het beste resultaat.
Toch nog even vermelden dat als je het wrak voelt je best meteen een
paar meter inhaalt wil je niet steeds vast komen te zitten.
Aanbeet/dril/landing:
De aanbeet van een kabeljauw is steeds duidelijk merkbaar. Bij kleine
vissen die snel omhoog getakeld worden is het druk verschil op de
zwemblaas zo groot dat ze praktisch niet vechten. Bij grote vissen is
dit echter volledig anders. Na de harde ruk van de aanbeet wijst alles
op een hanger, want er gebeurd meestal niets meer. Kabeljauwen van
meer dan 10 kg gaan namelijk vaak op de kop staan. Door rustig binnen
te pompen haal je de vis naar boven.
Tips:
|
-
Kies voor
aashaken liefst deze met weerhaken op de steel die het aas
beletten om terug te zakken.
-
Over het algemeen worden grote wrakken vaak bevist met warnetten.
Daarom zijn de kleinere wrakken juist voor sportvissers interessant. Zij zijn voor beroepsvissers moeilijker te bevissen en bulken
daardoor vaak van de echt grote kabeljauw.
-
Als bijvangers werken de kleuren geel/oranje/rood en fluo vaak
goed.
-
Bescherm de punten van je pilkerdreggen met piepschuim
|
Kabeljauwvissen Noord Noorwegen
|
Hoewel er een fiks
prijskaartje aanhangt gaan steeds meer zeevissers om hun droom te
verwezenlijken richting het hoge noorden en je kan ze beslist geen
ongelijk geven. De vissen zijn er gewoon van een andere formaat dan
bij ons en de kans op het vangen van de vis van je leven is nergens
zo groot aanwezig.
Ons in verhouding licht Noordzee materiaal is echt niet geschikt om
die reuzen van het noorden aan te kunnen, en je wil de vis van je
leven toch niet verspelen door op je uitrusting te bezuinigen.
Daarom dit apart hoofdstuk speciaal voor het hoge noorden met de
tips en adviezen van een Noorwegen specialist van Soraya-fishing die
er jaar in jaar uit voor zorgt dat die hengelaars hun droom kunnen
verwezenlijken.
Het vissen op kabeljauw wordt er in twee categorieën ingedeeld.
Namelijk in een zomervisserij op de plaatselijke kabeljauw en een
wintervisserij op de zogenaamde Skry.
Materiaal:
Deze zijn slecht een richtlijn en je kan natuurlijk zelf bepalen op
welke manier je wil vissen waardoor je vaak minder materiaal nodig
hebt. Maar onderstaand lijstje is materiaal waar ik volledig achter
sta en zelf gebruik. Soms staat er een merk of model vermeld maar
zowat ieder gerenommeerd merk heeft gelijkaardig.
Is dit alles te duur dan kan je nog steeds een van de betere
schippers boeken die het gepaste materiaal ter beschikking hebben
voor hun klanten.
--- 1 hengel van 30 lbs
--- 500gram speedjig hengel.
--- 1 wft lightspeed hengel van 50/200 gram
Liefst een degelijke reel zoals de Jiggingmaster PE 6. Vis je
liever met een molen dan kan je heus niet buiten de topklasse gaan.
Een voorbeeld is de TRQ 9000
Als draad slechts een keuze: Gevlochten draad van een van de beste
merken. 20/00 tot 30/00
Laat u zeker hier niet verleiden tot het kopen van een onbekend
goedkoop merk.
Als voorslag 90/00 Stren fluo carbon.
En als laatste tonwartels van de beste kwaliteit 1/0 van Solvkroken
en de 3/0 crosslok wartels van Eisele zijn goede voorbeelden.
Pilkers van Eisele
gaande van 90 tot 300 gram. Stingsilda' van 20/400gr en de
Jokelpilk 500gr van solvkr0ken.
In combinatie met pilkers gebruik ik ook de Eisele overbeet montage
en de glitter garnaal van Solvkroven.
Verder nog de Cutbait herring die een absolute topper is voor de
grote kabeljauw.
|
Speciale Noorwegen overbeet montage.
De kleinere koolvis wordt gevangen aan de Gummi-Makk. De overbeet
montage met de koolvis verder laten zakken en de grote koolvis,
kabeljauw of Leng grijpt de kleine koolvis en wordt gevangen op de
daarboven gemonteerde XXL dreg |
Savage Gear Cutbait Herring
zijn een top aas voor heilbot en grote kabeljauw. De Cutbait Herring is
de belangrijkste prooi vis voor de Atlantische jagers. Gewicht 460gr
Lengte 25cm. |
Het is bewezen dat vissen
met natuurlijk aas beter is dan met rubber shads. De Giant Jighead Dead
Bait gecombineerd met een dode koolvis, makreel of haring kan daarom
verrassende resultaten opleveren.
Door de meervoudige ogen is de Giant Jighead Dead Bait zowel voor de
verticale (pilker) visserij geschikt, als om te slepen
Te verkrijgen in gewichten van 200 tot 650gram en in verschillende
kleuren. |
Zomervisserij
Kabeljauw kan je hier zowat overal verwachten. De beste plaatsen
zijn op en rond onderwaterbergen waar je zeker de top niet mag
vergeten te bevissen.
Ook plateaus omgeven door diep water en waarvan de bodem bestaat uit
stenen zijn topstekken.
De aanwezigheid van een school kleine koolvis verhoogd ook
aanzienlijk je kansen op grote kabeljauw.
Het best gebruik je dan een koolvis als aas en vis je circa 10 meter
onder de school.
Wil je veel vangen dan is het vissen met pilkers + bijvangers de
beste methode. In combinatie met 1 of twee bijvangers levert dit de
meeste vis op.
Wil je echter gericht op grote kabeljauw vissen dan is het vissen
met cutbaits of koolvis het best.
Hier is de gouden regel steeds: zo zwaar vissen dat je aas net de
bodem raakt.
Het vissen met pilkers doe je op dezelfde manier als op de Noordzee.
Bij het vissen met koolvis als aas moet je met een open molenbeugel
vissen en je duim gebruiken om het aflopen van de draad te
voorkomen. Voel je dat het aas genomen word, dan geef je
voorzichtig en zonder schokken draad terwijl je langzaam tot 20
telt. Vervolgens zet je de molen dicht en haal voorzichtig wat lijn
binnen tot je contact met de vis maakt waarna je krachtig aanslaat.
Denk er aan dat je steeds een voorslag van minstens 1.5m 90/00
fluocarbon gebruikt. Dit om het doorschuren van de lijn op de
rotsachtige bodem te voorkomen, maar ook en niet in het minst omdat
er steeds kans is dat een heilbot je aas neemt. En zonder voorslag
maak je geen enkele kans op deze trofee vis.
PS: Je kan zowel met opkomend of afgaand tij goed vangen, maar dat
verschild per periode en stek.
Wanneer je vaststelt dat ze op een bepaalde tijd veel actiever zijn
kan je er van uitgaan dat dit ook de volgende dagen zo blijft.
|
(Klik op de afbeelding voor
een vergroting)
|
Wintervisserij op Skry
Skry is een kabeljauw uit de Barendszee die in de wintermaanden
langs de kust van Noord Noorwegen komt om kuit te schieten. De
enorme scholen verdelen zich er, maar het gros blijft hangen rond Soroya en de Lofoten. Dit seizoen begint half februari en duurt tot
half april.
In deze periode is er een enorme hoeveelheid kabeljauw aanwezig. De
dieptes waarop we dan vissen liggen tussen de -30 en -90 meter. Wil je
ze echt groot vangen dan probeer je in deze periode het best in de
bovenste waterlagen. Daar houden de grootste exemplaren zich dan het
meest op.
Vissen met pilkers levert ook nu de meeste vis op, terwijl je met
cutbaits de zwaarste vangt.
Best is dat je cutbaits langzaam binnenvist zonder de typische pilker
beweging en af en toe een paar seconden stopt.
Voel je dat een vis je aas neemt, blijf dan gewoon langzaam
doordraaien tot je hengel echt krom gaat staan. Dan pas sla je aan.
Sla je vroeger dan sla je gegarandeerd mis. Dit omdat bij het eerste
contact de vis gewoon op de staart van de cutbait hangt. Het is even
wennen om je te kunnen bedwingen maar het levert wel de grootste
vissen op.
Adentum:
Zeer belangrijk is dat je de vissen rustig drilt. Zeker de grootste
exemplaren zitten nu vol kuit en moeten voorzichtig behandeld worden
zodat ze ongeschonden kunnen teruggezet worden. |
Extra dreg
Noorse pilkeraars gebruiken vaak een extra dreg bovenaan de pilker.
Dit omdat kleinere vis als koolvis ook vaak aan een pilker gehaakt
wordt en daarna gebeurd het regelmatig dat een grote kabeljauw de
gehaakte vis als aas aanschouwd en er resoluut op aanvalt.
Met de extra haak is de kans groot om juiste deze kabeljauw te
vangen.
|
|