|
Vissen met pellets |
Karpervissers, en niet alleen zij, gebruiken
steeds vaker pellets en mini boilies in grote hoeveelheden zowel als aas
als lokaas.
Maar niet alleen de beoogde karpers kennen dit aas en lokaas. Ook steeds meer
witvis als brasem en zeelt leerden dit kennen als een lekkernij.
En het zijn meestal niet de kleinste exemplaren.
Mini pellets zijn dan ook een selectief aas gekomen voor grote brasem, zeelt en
kleine karper.
In combinatie met een puller kit met zijwaartse elastiek is het bijna
onovertroffen.
Meestal worden zinkende pellets als haakaas gebruikt. Dat kunnen zowel harde als
zachte soorten zijn.
Harde zinkende pellets week ik meestal vooraf om ze iets zachter te maken. Dat
doe ik door ze onderwater te weken.
Per mm diameter week ik ze één minuut. Dus pellets van 4mm, 4 minuten.
Daarna giet ik het water af en het resultaat zijn zinkende, zacht geworden
pellets.
Perfect om te voeren en als haakaas.
Drijvende pellets kan je ook zinkend maken doormiddel van een pelletpomp. Je
pompt hiermee de lucht uit het doosje waardoor het vacuum trekt.
Door het vacuum trekt het water in de pellets en zinken ze toch naar de bodem
bij het openen van het doosje.
Maar er zijn ook speciaal zachte haakaas pellets. Sommigen ultra zacht en andere
iets robuuster van structuur. |
|
pellet pomp |
Zachte pellets kan je meestal rechtstreek op de
haak prikken, en soms lukt dat best, afhankelijk van de soort.
En zeker bij schuwe aanbeten is dit nog altijd te verkiezen.
Je drukt de haakpunt net door de wand van de zachte pellet en draai nu de pellet
op de haak tot de haakpunt vanzelf aan de andere kant uit de pellet komt.
Maar mijn ervaring is echter dat er veel pellets zijn waar dit niet zo goed wil
lukken. Ze zijn te zacht of te hard.
In dat geval maak ik gebruik van een handig hulpmiddel om de pellet niet op maar
aan de haak te bevestigen, waarbij de haak volledig vrij is.
Dit doe ik met de Bait aligna. of gewoon met een elastiekje. |
|
 |
Echt aanslaan hoef je bij het vissen met pellets
bijna nooit te doen. Dat doet de vis meestal zelf. In het andere geval is het
straktrekken van de lijn voldoende om de vis te haken.
Vissen met een korte opslag is bij deze techniek vaak een voordeel.
Voeren:
Op karpervijvers is het zaak om regelmatig kleine hoeveelheden te voeren.
Liefst geen grote hoeveelheden zoals op een kanaal gebruikelijk is.
Een voercupje is hiervoor het ideaal. Een tien pellets per beurt is meestal
reeds ruim voldoende, en dat op geregelde tijdstippen. Hoe meer beet, hoe
frequenter.
Zie ook: Artikel Pelletvissen met een
kampioen.
|
