|
|
Vistechnieken - Matchvissen -Artikel
Klik op de afbeelding voor
een vergroting
|
Matchvissen bij en na schemerlicht met breekstaafjes
|
Nacht vissen is nooit mijn ding geweest
buiten op paling. Er zijn talrijke redenen hiervoor. Enkele hiervan zijn: het
is vaak stikdonker en zelf een hoeveelheid licht maken verschuwt de vis en trekt
alleen de muggen aan. Door de duisternis krijg je de ene knoeiboel na de ander en ontwarren van een lijn in
het donker is zelfs met een lamp een fiasco. Heb je al een vis aan de lijn dan
zie je nooit waar hij geen zwemt voor het vaak te laat is, zeker als het een
groter exemplaar is.
Hiermee zijn we dan aan het voordeel van het vissen bij
nacht, namelijk dat het dan vaak juist die grotere exemplaren zijn die dan
onverschrokken aan het azen slaan. Zeker juist voor en na zonsondergang, en
hiermee bedoel ik de eerste twee uur, nemen de vissen vaak heftig het aas.
Een artikel over het vissen met een crystal waggler en breekstaafjes
haalde me echter over om wanneer ik 's avonds noodgedwongen door het duister zou
moeten inpakken en de vissen nog steeds goed azen toch nog enkele uurtjes te
blijven.
Tot nu toe was het echter steeds zo dat enkele uren na zonsondergang
de aanbeten fel terugliepen zodat ik veronderstel dat ook voor het grootste deel
van de vissen dan de nacht juist begint. Uitzondering hierop is paling, waarvoor deze
techniek ook goed bruikbaar is. Alleen het onthaken vind ik dan meestal een
nachtmerrie.
Gebruik deze techniek ook alleen op stilstaand water, op stromend water of
op een rivier is het gewoon niet te doen.
Nog een tip vooraf: een goede visvriend is 's nachts een grote hulp, al was
het maar om te assisteren met het schepnet als je een joekel aan de haak hebt.
Nu even de gebruikte techniek onder de loep nemen, want hiervan hangt het
gemak van het schemervissen/nachtvissen grotendeels af. |
Materiaal/Techniek/Montage
Elke waggler met een behoorlijk hoog drijfgewicht leent zich hiervoor. Twee gram
is wel het minimum. Zwaarder, ook als je niet ver uit de kant vist, is zelfs nog
beter. Het kleinste breekstaafje vertegenwoordigt immers een behoorlijk gewicht
en verstoord de balans van de dobber behoorlijk tijdens het werpen en het
vissen. Hoe zwaarder de dobber hoe minder last je daarvan hebt.
Daarbij kan je dan gebruik maken van iets zwaardere breekstaafjes die dan weer
duidelijker zichtbaar zijn en langer mee gaan.
De geelgroene kleur van breekstaafjes is het helderst en gaat het langst
mee. Je kan kiezen uit micro/mini/of klein.
Het best kan je met vissen beginnen bij daglicht. Je ziet dan nog je
visstek en kan je nog in comfortabele omstandigheden optuigen. Na enkele
proefworpen zie je dan ook of de montage aan het beoogde doel beantwoordt. Nu is
het immers nog het moment om een zwaardere of lichtere dobber te monteren en het
zaakje precies uit te loden.
Geef daarna alle materiaal zoals een schepnet en lokaas een vaste plaats zodat
je deze ook in het donker blindelings kan vinden. Klein materiaal bevestig ik
aan mijn riem of vest, zo geraak ik het nooit kwijt en is het steeds bij de
hand. Het hoeft niet gezegd dat een hoofdlamp een onontbeerlijk
onderdeel van de nachtvisser is.
Markeer ook je visplek goed in het geheugen doormiddel van enkele
herkenningspunten op de tegenoverliggende oever. Kijk daarbij alleen naar
opvallende silhouetten en niet naar details want daar heb je in het donker niets
aan.
Montage
We verwijderen de antenne uit de waggler en vervangen deze door een breekstaafje. Meestal past een breekstaafje precies in de top van de crystalwaggler of anders
bevestigen we deze met behulp van een speciaal adaptertje voor combi-tips. Het
kan ook met een stukje siliconenslang. Probeer de mogelijkheden vooraf thuis
uit.
De dobber fixeren we op de lijn met een dobberadapter met kleine wartel en twee
rubberen stoppertjes. De dobberadapter laat ons toe om gemakkelijk
van dobber te wisselen en met de rubberen stoppers kan op een gemakkelijke
manier de visdiepte aangepast worden.
Het lood concentreren we hoofdzakelijk onderaan (zie tekening) dit om zo min
mogelijk in de war te werpen en om gemakkelijk te zijn bij het opnieuw beazen
van de haak.
Uitloden doen we met het lood juist boven of op de bodem. Drijvend vissen we in
deze omstandigheden omzeggens nooit.
En nu maar genieten van het vissen en de
nacht met zijn bijhorende geluiden.
|
|
|
