Anjoumara is
een jager die op de bodem, langs oevers, tegen rotsen, onder
overhangende struiken en bomen en in fel stromend water jaagt. Bij
schemer en nacht is hij vaker te vinden in ondiep water en
stroomversnellingen.
Overdag is dit tegen de bodem tussen de rottende bladeren op diepere
plaatsen in de rivier.
We bevisten hem met de dobber, met schuiflood op de bodem of op
ondiepe plaatsen met kunstaas.
Met schuiflood vissen we meestal op de diepere plaatsen in de rivier, zoals in de buitenbocht of in de diepere pools
nabij een stroomversnelling. We werpen het aas dan op de rand van de
stroomversnelling en vissen het uiterst langzaam over de bodem
terug. Hierbij zoeken we de volledige stek af.
Passief, dus stilliggend vissen, doen we het meest bij een erg
vuile bodem of wanneer we steeds vastraken aan onderwater
obstakels.
Dobbervissen kan ook op dezelfde plaatsen noodzakelijk zijn wanneer
er zich teveel obstakels op de bodem bevinden. We bieden het aas dan
met de dobber juist zwevend boven deze obstakels aan.
Vissen we langs de oever of in ondiepe kreken, dan is de dobber
vaak de enige mogelijke manier. Deze is dan afgesteld op een diepte
van niet meer dan 1 meter tot +- 1 meter boven de bodem.
De vis kan gelokt worden door met de hengeltop in het water te
spetteren. Hetzelfde resultaat krijgt men door na het inwerpen,
korte rukken te geven aan de dobber, waardoor deze met veel kabaal
het water in beroering brengt.
Zit er Anjoumara, dan volgt de aanbeet meestal binnen enkele
minuten. De dobber verdwijnt gevolgd door het nemen van lijn. Indien
de vis doorloopt kan je aanslaan. Het gevecht dat de anjoumare
levert is kort maar krachtig. Na wat luchtacrobatie of/en het
trachten bereiken van obstakels komt hij vrij gemakkelijk naar de
oever. Hier zet hij dan nogmaals al zijn krachten in, en soms niet
zonder resultaat, een ontgoochelde hengelaar achterlatend. Neem
daarom steeds de voorzorg de slip iets te lossen als de vis de oever
naast, en deze af te remmen met de duim. Vis je verder uit de kant
dan merk je na een aanbeet bijna onmiddellijk of het om Anjoumara
gaat door het naar de oppervlak komen van de lijn door het stijgen
van de vis.
Als aas gebruiken we stukken aasvis, en indien mogelijk, wanneer
het voorradig is, levend aas.
Opgepast bij het onthaken, ook deze vis heeft messcherpe tanden.
Inlandse vissers die de vis meestal meenemen wegens het lekkere
vlees, doden de vis dan ook voor het onthaken.
Het onder de kieuwen vastnemen is het enig ander alternatief als je
de vis levend wil terugzetten. Maar beschik je over een visgids,
laat het onthaken dan aan hem over.
Als lijn nemen we een lijn met trekkracht tot 15kg, als onderlijn
een staalkabel van minimum 60 LBS, en een sterke haak die een stuk
aasvis van 10cm goed op zijn plaats houd. Wil je echter zeker zijn
dat je de meeste aanbeten ook verzilverd, of vis je in obstakelrijk
water, dan neem je beter een zwaardere uitrusting. Onze gidsen
vissen met de hiernavolgende uitrusting en raden dit ook aan ons aan
om zo weinig mogelijk vis te verspelen: Lijn ongeveer 50kg en
stalen onderlijnen van minimum 45 kg.
Anjoumare is ook best te vangen met kunstaas. Wij visten zowel met
poppers als pluggen. Op poppers zijn de aanbeten vrij spectaculair,
maar ze zijn slechts effectief in ondiep water tot -3 meter. De
ideale plaats voor kunstaas is in ondiepe kreken en inhammen.
Anjoumare zou ook goed te vangen moeten zijn in en om de
stroomversnellingen bij nacht, omdat dit de plaatsen zijn waar ze
bij nacht op jacht gaan. Ik kan dat niet bevestigen omdat het vissen
bij nacht in het oerwoud uiterst gevaarlijk was op die plaatsen waar
wij visten, en onze gidsen dit pertinent weigerden.
|