Makohaai/Makreelhaai soort
|
 |
Kortvin Mako haai/Shortfin mako shark/Isurus oxyrinchus
Langvin Mako haai/Longfin mako shark/Isurus Paucus
De makohaai behoort tot de familie van
de makreelhaai. Er zijn twee verschillende soorten van
makohaaien. Ze verschillen op het eerste gezicht
weinig en verwarring bij de identificatie is vrij vlug gebeurd, zeker
bij jonge dieren. De foto is deze van de kortvin.
Max lengte/gewicht: 400cm/505kg.
Leefgebied/Gedrag:
Dieptebereik -1 tot -740m. Subtropisch 15
tot 30°c. Open oceaan, maar soms kort bij de kustlijn. Verplaatst zich
over zeer grote afstanden.
Langs temperatuur en
tijnaden. Boven riften en plateaus. In de buurt van scholen aasvis.
Bijna altijd in het oppervlak water.
Voeding:
Jaagt op zowat alle vis, inktvis en
kreeften. Gevaarlijk voor de mens.
|
 |
Algemeen
|
Andere gebruikelijke namen:
Bleu pointer, Bonito shark, makreel haai.
Belangrijkste sportvisgebieden: Noordoost kust USA, Florida, Golf van
Mexico, Azoren, Venezuela, Brazilië, Bahamas, Hawaï.
Occasioneel: Engeland, Ecuador, Panama, Chili, Peru, Mexico,
Nieuw Zeeland, Australië, Mauritius en Zuid Afrika.
Voor de internationale Game Fish
Association worden beide soorten als een behandelt en komen zo ook op de
recordlijsten voort.
De Makohaai heeft een gebit met lange vrijstaande tanden, een zogenaamd
scheurgebit. Ervaren vissers kunnen aan de bijtwonde dan ook zien of
deze door een makohaai of een andere haai is veroorzaakt. Een Makohaai
maakt immers afschuwelijke scheurwonden terwijl andere haaien een
betrekkelijk gladde wonde veroorzaken omdat ze stukken vlees uit hun
slachtoffer zagen.
Het is ook de enige haai die tijdens de dril in zijn volle lengte uit
het water springt tot zelfs 18 meter hoog en vaak meerdere keren.
Van Makohaaien weet men verder dat het uitstekende zwemmers zijn. Ze
volgen vaak gedurende langere tijd snel varende boten, als er zo nu en
dan iets eetbaars overboord geworpen wordt zoals bij vissersboten.
Sommige experts geloven zelfs dat het een van, zo niet de snelste zwemmer
is van de Oceaan met snelheden tot 80km per uur.
Ze houden van diep water maar leven en jagen hoofdzakelijk nabij de
oppervlak op scholenvis, hoofdzakelijk makreelsoorten.
Hoewel Makohaaien solitair zijn en niet veelvuldig voorkomen, worden ze
toch betrekkelijk vaak door sportvissers gevangen.
Een werkelijke hotspot is er echter niet. Ze worden zowat overal
gevangen. In de Noordzee en de Oostzee komen ze uiterst zelden voor.
Deze haaisoort komt zelfs tot tegen de boot om een zak met lokvoer aan
de boot bevestigt aan te vallen.
Een van de best vechtende haaisoorten. |
Vistechniek
|
Trollend met levend of dood aas, driftend en voor anker met chummen en vissen met dood of levend aas.
Uitrusting en aas:
Als je vist in water dat niet dieper is dan -150 meter dan kan de
volgende uitrusting volstaan:
Een 50 lbs uitrusting met een minimum van 450 meter 50lbs draad. 5.5
meter dubbele lijn en een 5 meter lange stalen onderlijn. Stel daarbij
de slip af op 7.5 kg.
In principe maakt het niet uit hoe groot de mako is, met de reel en de
hulp van de boot kan je hiermee vlug genoeg lijn opspoelen om steeds
contact met de vis te houden.
Een zwaarder uitrusting tot 80 lbs kan ook maar maak hiermee niet de
fout de vis te vlug naast de boot te willen brengen. De kans om de vis
dan te verspelen is hierbij het grootst, of erger, een vis die in de
boot springt !
Een vechtstoel of minstens een harnas is voor de dril
onontbeerlijk.
Er zijn verschillende viswijzen:
Op plaatsen waar je Makohaaien kan verwachten zoek je deze door slepend
te vissen met een snelheid van 3/4 knopen.
Driftend of geankerd vist men op een diepte tussen de -10 en -30 meter.
Meestal in combinatie met chummen of een lokaas zak.
Volgens een ervaren makovisser is het beste aas een bleufish file
van 30 tot 40cm lang en circa 6/7cm breed en uitlopend naar een punt.
Volgens hem is dit zelfs beter dan levend aas.
Maar ook andere plaatselijk voorkomende scholenvis met een gewicht tot
2kg worden gebruikt, waaronder levende en dode makreel.
Dezelfde visser raad ook aan de haak niet in het aas te verbergen maar
de haak slechts eenmaal door de vistrip te haken. Hiermee kan je vlugger
aanslaan.
Het gros van de vissers verbergen echter de haak en laten de vis slikken. Hierdoor verminderd men de kans dat de Mako
haai springt tijdens de dril. (al sta ik niet achter dit standpunt)
De aanbeet, dril en landing:
Makohaaien zijn onberekenbaar. Men weet omzeggens nooit wat ze gaan
doen. Dat begint al bij de aanbeet. Vaak zwemmen ze een hele poos rond
het aas zonder dat ze het aanraken. Een andere maal knabbelen ze er alleen
wat aan. In het beste geval schieten ze er met geweld op af en gaan er
dan met een enorme snelheid mee vandoor.
Eenmaal het aas genomen moet je het geduld hebben om te wachten tot de
vis rustig wegloopt. Nooit overhaasten om aan te slaan.
Vis je blind en haak je hierbij onverwachts een Mako, manoeuvreer de boot
dan zodanig dat vermeden wordt dat de mako onder de boot doorkomt, hou
ten allen tijde afstand zodat de mako niet in de boot
springt of deze zelfs aanvalt.
Sommige gehaakte vissen zwemmen immers vaak recht op de boot af.
Breng eventueel de GPS coördinaten in en laat de drijvende chum los
zodat je deze achteraf kan terugvinden.
Zie je een Mako achter het aas zwemmen, laat het dan wat dieper
zakken. Van zodra hij het aas neemt verhoog je de snelheid van de boot
waardoor de haak gezet wordt. Daarbij kan de hengelaar de haak nog
extra zetten door de hengel krachtig naar achter te brengen.
Meestal is de Mako dan mooi in de hoek van de bek gehaakt.
In tegenstelling met wat je zou verwachten, gebruik geen al te scherpe
haken. Ik bedoel daarmee een haakpunt die zo scherp is als een
naaldpunt.
Deze haakpunten dringen meestal direct in, en dat is vaak op een plaats
waar de haak niet zal houden tijdens een flinke dril of na enkele jumps. Een minder scherpe haak
(geen stompe) glijd door en haakt bijna
steeds in de hoek van de bek.
Ook na het aanslaan weet je nooit hoe de Makohaai gaat reageren.
Soms stoppen ze en blijven gewoon terplaatse zwemmen, of laten zich
zonder echte weerstand te bieden naar de boot pompen. Meestal echter
schieten ze naar de diepte om daarna een heel eind verder weer op te
duiken. Vaak springen ze daarbij hoog uit het water.
Dat alles vaak krachtiger dan zelfs een Marlijn doet. In dat
opzicht lijkt een Makohaai op geen enkele andere soortgenoot.
Na zulke circuskunstjes begint pas vaak de echte dril. Ze verzetten zich
met al hun kracht tegen de lijndruk, keren plotseling om, wikkelen
zich in de lijn en duiken onder de boot door.
Een spinnende en jumpende Mako kan zich volledig in de stalen onderlijn
wikkelen. Door het voelen van de stalen draad worden ze hierbij vaak
extra wild. Blijf kalm en probeer ten allen tijde de lijn onder
controle te houden.
PS. Het kan gebeuren dat een Mako haai de lijn doorbijt, maar een 50lbs
lijn met een goed werkende slip kan hij niet breken door trekken.
De landing is echter het gevaarlijkste deel.
Het is niet hetzelfde als bv. tonijnvissen waar vaak het gezegde
gehanteerd wordt: "Hoe langer de dril duurt hoe meer kans op verspelen"
Een mako vlug naar de boot pompen is bijna de zekerste manier om die te
verspelen of erger nog om iemand te verwonden bij het landen.
Schijnbaar uitgedrilt laat de vis zich vaak naast de boot trekken om dan
bij de minste aanraking te ontploffen. Daarbij slaat hij vaak met geweld
tegen de boot, trekt gafs of onderlijnen uit de handen van de
dekknechten of spuit iedereen aan boord drijfnat, om er daarna weer als een trein vandoor te gaan.
Dit alles in het beste geval, in het slechtste geval springt de Mako
gewoon in de boot !
Dit is geen fabel en het gebeurd geregeld bij iets te overmoedige
bemanningen.
Doe dit dus niet ! Hou de vis ver van de boot vandaan (75 meter)
tot hij echt uitgeput is.
Je hoeft niet bang te zijn dat hij zich ergens aan kan vasthaken, er is
immers alleen de haai en je eigen boot in de wijde omgeving. Of je moet
zo ongelukkig zijn dat de lijn zich achter de achtergelaten chum weet te
haken.
Hoe meer de haai springt hoe vlugger hij uitgeput is en hoe
gemakkelijker de landing wordt.
Wil je de makohaai onbeschadigd terugzetten, snij dan de lijn aan de
haak of de haak zelf door met een goede snijtang. Let er hierbij op dat
je handen nooit voor de bek komen.
Glijd de snijtang langs de staaldraad naar beneden en knip in een
beweging de lijn bij de haak door. |
 |
We willen benadrukken dat we voorstander
zijn om zoveel als mogelijk de vis levend terug te zetten. Daarbij laat
het doden van een trofee vis alleen een wrange nasmaak achter.
Maar voor diegenen die toch een foto willen met hun trofee nog
onderstaande tekst voor hun eigen bestwil.
Als je beslist de haai aan boord te brengen dan moet dit in
volledige samenwerking gebeuren om een ramp te vermijden.
In de eerste plaats moet de visser ten allen tijde in een positie
blijven dat de Makohaai er weer vandoor kan gaan zonder de lijn te
breken en zonder dat de lijn verwondingen kan toebrengen aan de
landingsknecht.
Het beste is als de hengelaar hierbij de vechtstoel verlaat en stand-up
klaarstaat.
De stalen onderlijn moet hierbij altijd vrij zijn van onderlijnman en
gaffer.
Je gaft de vis het best achter de rugvin. Hierdoor trek je de
staartsectie omhoog waardoor de vis veel moeilijker kan springen.
Sla de gaf ook volledig door en prik hem niet gewoon in de vis. Met
deze regel in gedachten als je gaft, gaf je de vis diep genoeg, ook al
geraak je er niet volledig door.
Je gebruikt voor het gaffen natuurlijk een losschietende gaf met genoeg
volglijn, minstens 150 meter.
Door achteraan te gaffen kan de haai nu met de staart naar boven
gebracht worden en niet met de bek. Hierdoor worden de risico's reeds
veel kleiner.
Nu kan een landingskoord met een lus rond de staart aangebracht worden
en is het gevecht bijna gewonnen maar nog niet over.
In de meeste gevallen brengt men een tweede staartkoord aan en laat men
de vis achter de boot aan slepen.
Mako haaien kunnen hierbij in een coma gaan om daarna soms na zelfs
enkele uren plots weer volledig tot leven te komen en je de verrassing
van je leven te bezorgen.
Sommige bemanningen doden de mako door deze een kogel door de kop te
schieten. (Een geladen geweer op een zwalpende boot zorgt echter
alleen voor nog extra gevaar)
Meestal echter dood men de haai door een harpoen in de kop tussen de
ogen te steken.
Met bovenstaande uitleg willen we alleen benadrukken hoe gevaarlijk het
landen van een Mako haai is. Een ervaren bemanning is hierbij geen
overbodige luxe.
Maar eens een Mako haai gevangen kijk je steeds in het water op zoek
naar een volgende.
Tekst en uitleg gebaseerd op de
ervaringen van kapitein Tom King:
www.newenglandsharks.com
|
|