|
|
Vissen op zeebaars
Artikel
Klik op de afbeelding voor
een vergroting
|
|
Zeebaars met de dobber en steurgarnaal
|
Ben je geen kunstaasvisser of wil je het
gewoon wat rustiger aan doen dan is het vissen met een dobber misschien
iets voor u.
Wat niet wil zeggen dat je er gewoon kan bij zitten luieren.
Geconcentreerd blijven vissen is ook hier een must, want het lichte aas
wordt gemakkelijk weer uitgespuugd door de zeebaars.
Hiervoor heb je een hengel nodig van rond de 4 meter. liefst een wat
zachtere hengel, zoals een karperhengel van 1-3/4 LBS tot 2-1/4 LBS.
Verder een niet te grote molen met een goede slip en daarop nylonlijn
van 30/00 of geweven draad. Zelf prefereer ik nylon omdat dit
schuurbestendiger is.
Gezien het feit dat
we meestal vlak onder de kant vissen, zelfs tot tegen de stenen/blokken
aan doet u er goed aan een kleine dobber te kiezen, klein omdat deze
weinig weerstand biedt, de zeebaars is wantrouwend en sluw, bij de
minste weerstand laat hij het aas los. Er zijn diverse modellen dobbers
in de handel van ca. 7 tot meer dan 20gram, waar het loodgewicht al
gemonteerd is onder het drijflichaam, dus kant-en-klaar uitgelood. Omdat
het beste tijdstip voor deze visserij de avond en nachtelijke uurtjes
zijn doet u er goed aan een dobber te kiezen waarvan de antenne van de
dobber los is en kan vervangen worden voor een breek staafje.
Is het nodig
om op grotere diepte te vissen, dan kan er ook men ook een schuifdobber
gebruiken met op de lijn een stuitje.
Neem zeker wat verschillende drijfvermogens mee zodat je deze kan
aanpassen aan de stroming op het moment zelf.
Zorg ook steeds dat je nog voldoende drijfvermogen hebt om er ook nog
een extra zware loodhagel zo'n 30cm boven de haak te plaatsen om het aas dicht bij de bodem te houden.
De onderlijn kan je via een wartel of een leaderknoop met de hoofdlijn
vastmaken.
Liefst een uit Fluorocarbon, diameter 25/00 tot 35/00. Dit is weer
afhankelijk van de omstandigheden, vis je in de buurt van veel obstakels
ga dan zwaarder vissen. Standaard is 25/00 goed.
Het hangt een beetje af van de diepte van de stek waar we vissen maar in
veel gevallen is een onderlijn van 1,5 tot 3 meter voldoende,
En als laatste een dunstelige haak zoal een Gamakatsu F413 maat 2 of
maat 1 als je met een iets dikkere onderlijn vist.
Echter als u gebruik
maakt van een pennel ofwel een dubbele haak waarvan de tweede haak boven
het aas dienst doet, kies dan voor de bovenste haak een model zonder
weerhaken op steel, of knijp ze plat, anders beschadigen de weerhaken uw
haaklijn.
Als aas dus steurgarnaal.
Die vang ik vooraf zelf in de haven met een klein kruisnet waarop ik in
de midden een fijnmazige zak gevuld met visafval vast maak met een
snelbinder.
Ik laat het net naar de grond zakken en hijs het na een minuut of tien
in sneltreinvaart omhoog. Als er steurgarnalen zitten dan is het net
meestal aardig vol met garnalen en de onvermijdelijke krabben.
De garnalen doe ik in een aasemmer met zuurstofpomp. De garnalen kan ik
zo de hele vissessie levend houden, mits ook geregeld wat water te
verversen.
Het beazen is niet moeilijk, de haak gaat door het 2e staartsegment, je
kunt ook meerdere steurgarnalen aan de haak prikken.
U zult het al
begrepen hebben, het is zaak het aas dicht tegen de stenen, blokken of
andere obstakels aan te bieden, en vaak is dit dus op korte afstand van
de kant. Of het moet zijn dat u een oesterbank of dergelijke bevist, dan
zal er verder geworpen moeten worden. Maar vooral in de avond en
nachtelijke uren kan de zeebaars prima bevist worden op zeer korte
afstand onder de kant, waar zich steenstorten bevinden. Laat door de
stroming de dobber rustig langs de stenen hobbelen en varieer eens wat
met de diepte waarop het aas wordt aangeboden, soms aast de zeebaars
diep en soms minder diep.
Een andere techniek bestaat er uit om de dobber regelmatig afstoppen zodat
het aas langzaam van de bodem omhoog komt. Regelmatig geef je ook een
flinke haal met de hengel naar achteren zodat het aas extra vlug naar
boven wipt en weer langzaam terug zakte richting de bodem. Dit is een
aardige imitatie van een steurgarnaal die in paniek op de vlucht is voor
een zeebaars met wijd opengesperde bek.
Deze techniek lokt juist vaak op dat moment een aanval van de
zeebaars uit.
|
|
Verdwijnt
de dobber in de diepte, sla beslist niet direct aan, wacht enkele
seconden en geef zo nodig wat lijn, sluit na 4 a 5 seconden de beugel,
strak draaien en aanslaan, niet snoeihard maar wel zonder te aarzelen.
Gebruikt men echter dubbele haken aan weerszijde van het aas (pennelrig)
dan kan men wel zo goed als direct aanslaan, wacht heel even tot de
dobber daadwerkelijk de diepte in verdwijnt en sla aan.
In alle gevallen is de aanbeet overduidelijk en verdwijnt de dobber in
een flits de diepte in. Draag er ten alle tijden zorg voor dat de lijn
strak blijft. klinkt logisch maar is niet altijd even eenvoudig. Vaak
ziet men na de eerste run als de zeebaars weerstand voelt dat deze zich
in een flits omdraait en (snel) richting wal vlucht, een snelle molen
biedt nu voordelen om adequaat te reageren en snel de lijn binnen te
draaien om contact te blijven houden met de vis. |
 |
|
 |
|
Voorbeelden van montages
(klik op de afbeelding voor een
vergroting) |
|
|
|
|
|
