Elrits/Phoxinus phoxinus/vairon
|
|
Max
lengte/gewicht: 13cm.
Verspreidingsgebied:
Komt voor in Europa, Rusland en het Verre Oosten. Hij ontbreekt in
Midden en zuid Italië, in het noorden van Schotland, aan de westkust
van Schandinavie, op Ijsland en het Griekse schiereiland. In Spanje
komt hij alleen in het noord-oosten voor en in Ierland is hij zeldzaam.
Gedrag: Bewoner
van zuurstofrijk helder en liefst stromend water. Scholenvis. In
beken en rivieren op plaatsen met een matige tot vrij sterke stroming,
boven zand en grindbodem. Meestal op half water of nabij het
oppervlak. Bij gevaar verschuilen ze zich onder stenen en tussen
waterplanten. Paait vanaf april tot vaak ver in juni. Hierbij trekken
ze massaal stroomopwaarts en zetten hun eitjes af in ondiepe plekken met
grindbodem. Na 2-3 jaar geslachtsrijp.
Voedsel:
Kleine kreeftachtige, insecten en hun larven.
Vistechniek: In België echter zeldzaam en
beschermd. Vroeger vaak gebruikt als aasvis voor het vissen op forel.
Een bekende manier om enkele Elritsen te vangen was het
gebruik van een Elritsfles.
Wat voer of stukjes brood in de fles en deze tussen wat stenen op de
rivierbodem plaatsen.
Eigen vangsten: Ardennen
België.
Bedreigde diersoort. |
|
|