Tong/Solea solea
|
|
Max. lengte/gewicht:
70cm/3kg.
Nederlands record 1982: 1720gr 1984: 56.2cm.
Hij is vlot herkenbaar aan de duidelijk zichtbare tastdraden onder de
bek. De kleur kan echter vaak afwijken.
Leefgebied/gedrag:
Komt algemeen voor in onze kustwateren en is een culinaire
delicatesse.
Paait in het voorjaar bij watertemperaturen van ongeveer 10° op een
diepte tussen de -20 tot -50 meter. Paailustige tongen trekken niet via
de bodem maar zwemmen aan het oppervlak bij nacht naar de
paaigebieden.
Hij heeft een voorkeur voor relatief ondiep water, zo tussen de -10 en
-60 meter maar komt op dieptes voor van 0 tot -150m.
Zijn het bij andere vissoorten vaak alleen de kleintjes die kort bij de
kant te vangen zijn, tong kan je in alle formaten zowel van de kant als
in dieper water vangen.
Zit ook vaak onderaan een steenstort en is niet vies van brak water.
Belangrijk om te weten is dat tongen zich vaak in modderige kuilen
schuilhouden. Het is dus niet toevallig dat je soms enkele tongen op
dezelfde plaats vangt.
Als je met twee hengels vist, werp je deze dan ook bewust in twee
verschillende richtingen. Schat daarbij de richting en afstand goed in,
zodat je bij een tongvangst nadien weer naar hetzelfde plekje kan
werpen.
|
Vistechniek |
Beste periode/tijd:
Maart tot november met een hoogtepunt in augustus en september. In
zachte winters slechts sporadisch te vangen.
Beste tijd is aan het begin en einde van eb en vloed en in ieder geval
als het niet te fel stroomt.
De tong is een echte
nachtjager en komt overdag niet snel het zand uit. Toch word er ook tong
overdag gevangen. Enkele factoren spelen hier wel een rol. Zo vang je
vaak tong overdag op wat dieper water.
Tong schuwt fel zonlicht en dat dringt in dieper water minder door.
Als de zon in hartje zomer op zijn hoogste stand staat is de kans op een
aanbeet dan ook minimaal.
Van twee uur voor zonsondergang tot twee uur na zonsopgang is de
vangstkans aanmerkelijk groter.
Op bewolkte dagen kan het ook overdag
nog goed zijn.
Hengelmateriaal:
Vanaf de kant:
Vanaf pieren en hoofden een gewone strandhengel en zeemolen. als lijn
maximaal 35/00 nylon of 15/00 dyneema. Voorslag van eenmaal de
hengellengte + 1meter 50/00.
Vanaf het strand is een dunnere lijn 25-30/00 mogelijk met een voorslag
van 30/00.
Haken in de maat 3 tot 6.
Als onderlijnmontage is hier het gebruikelijkst een paternoster, een
dwarrellijn of een combinatie van de twee.
Bij stroming gebruik je ankerlood en pas als de stroming nagenoeg
stilvalt kan je overschakelen op rollood.
Vanaf een boot.
Een uptide hengel.
Als onderlijn is het weegschaaltje verreweg een van de best vangende montage,
maar ook hier kan een lange dwarrellijn bij geringe stroom juist iets
extra geven.
Topfavoriet om verder van de boot te vissen is echter een onderlijn met
drie verzwaarde gevlochten afhouders. Als haaklijntje gekleurde Amnesia
5.4kg en haakje 6-8.
Aas:
Tong is een alleseter dus kan zowat alle zeeaas. Toch geef ik de
voorkeur aan zagers en kweekzagers. Het liefst met wat dikkere
steekzagers, maar maak de stukjes niet te groot. Met kleine kweekzagers
maak je het best een trosje. Hiermee vis ik onder de boot omdat deze bij
werpen vaak van de haak vliegen.
Op niet te grote haken zijn 3/4 zagertjes
voldoende voor een goed gevulde haak.
Zeepier gaat ook. Prik de pier stuk, zodanig dat het merendeel
van het vocht eruit vloeit. Bind deze daarna in met bindelastiek en knip
ze naar de gewenste lengte (4-5cm) . Hierdoor krijg je een dun sappig
hapklaar worstje, niet te dik of te lang. Nadeel is wel dat je dit elke
keer na het opdraaien moet verversen.
Tappen: Absoluut mijn favoriet voor maatse tongen. Je hebt ze in vele
soorten, waarvan de iets kleinere lichtbruine of de grote zwarte de
bekendste zijn. De grote dikke zwarte leverden mij veruit de meeste en
grootste tongen. Pas je haak ook aan. Op haakmaatje 4 monteer ik een tap
van 2-3 cm. Eventueel ook ingebonden met dun bindelastiek.
Zit er veel krab die je haken in no-time leegvreten ? Denk dan een
aan een beweeglijke twister om die lastige diertjes wat langer op
afstand te houden, waardoor de tongen meer kans krijgen.
Extra tips:
---Een tong heeft in verhouding een kleine mondopening. Ga dus niet aan
de slag met te grote haken.
Langstelige haken in de maat 4 tot 8 zijn meestal
perfect.
--- Zoek het voor tong niet te ver, de vangsten zijn vaak beter op
maximaal 50 meter uit de kant.
--- Vis zoveel mogelijk uptide. Laat na de worp de molen open en op het
moment dat je ankerlood vastloopt
in het zand laat je de lijn nog zo'n
20 meter doorlopen. Pas dan sluit je de beugel.
--- Ondervinding leerde mij dat een nylon lijn meer aanbeten gaf dan een
gevlochten draad.
|
Onderlijnmontages
|
Meestal voldoen de gewone
onderlijnmontages geschikt voor platvis uitstekend. Als we gericht op
tong vissen passen we de haakmaat aan naar een nr 6/8. Verwacht je
grotere exemplaren dan kan een nr4 maar gebruik dan liefst een model met
een iets smallere haakbocht.
Verschillende van die montages vind je terug bij
basistechnieken/Lijnmontages/zeevissen
Een andere minder
gebruikelijke manier van platvissen is met de feederhengel.
Deze methode wordt uitgebreid behandelt in een apart artikel.
Klik op onderstaande link voor het artikel.
"Platvissen met de feederhengel"
|
|
vb van weegschaaltje
(Klik op de afbeelding voor
een vergroting)
|
|