Art. 100.1 Het recht tot vissen in
de gemeentelijke vijver is slechts toegelaten aan
degenen die in het bezit zijn van een gemeentelijk
visverlof, op persoonlijke naam afgeleverd door het
gemeentebestuur Langemark-Poelkapelle. De
visverloven zijn geldig voor 1 kalenderjaar (van 1
januari tot 31 december). Enkel in het kader van
interclub-wedstrijden, ingericht door de
plaatselijke hengelvereniging(en), kan vrijstelling
van een individueel visverlof worden verleend. Deze
vrijstelling dient schriftelijk te worden
aangevraagd aan het College van Burgemeester en
Schepenen.
Art. 100.2
Een visverlof geldt slechts voor één
of twee handlijnen, of voor één of twee werphengels.
Iedere visser kan slechts één visverlof bekomen.
Voor de personen die op 1 januari van het lopende
jaar, jonger zijn dan 12 jaar, wordt er slechts een
visverlof afgeleverd voor één handlijn. Men verstaat
door handlijn elke lijn voorzien van een hengelroede
“visstok” en waarvan het gebruik ervan de bestendige
aanwezigheid van de visser vereist, hetzij door het
lokaas, vast of beweegbaar, natuurlijk of
kunstmatig, bovendrijvend of zinkend. De
hengelroede mag voorzien zijn van een molentje,
geplaatst buiten handbereik. Als werphengel dient
verstaan : hengel voorzien van een molen en lijn met
kunstaaslepel en dubbele of drievoudige haak.
Art.
100.3 Het schepnet,
waarvan de afmetingen vrij zijn, mag enkel gebruikt
worden om de vis op te halen, die met de haak
gevangen wordt.
Art.
100.4 Het vissen is
het gehele jaar toegelaten.
Uitzonderingen :
Het is verboden te vissen van twee uur na
zonsondergang tot twee uur voor zonsopgang. De
genummerde plaatsen rond de vijver, van nr. 1 tot en
met nr. 30, worden voorbehouden voor de plaatselijke
hengelverenigingen, indien zij georganiseerde
viswedstrijden inrichten. Het is verboden te vissen
in de paaivijver.
Art.
100.5 Het is
verboden om gevangen vis mee te nemen, alle vis
dient onmiddellijk teruggezet te worden.
Uitzondering wordt gemaakt voor roofvis :
paling, snoekbaars en baars. Een leefnet wordt
enkel toegelaten bij georganiseerde viswedstrijden
ingericht door de plaatselijke hengelverenigingen.
Art.
100.6 Het vissen in
wedstrijdverband is strikt voorbehouden aan de
plaatselijke hengelverenigingen.
Tijdens viswedstrijden is vissen voor particulieren
verboden.
Art.
100.7 Ieder visser
moet zijn visplaats rein houden. Het is verboden
voorwerpen andere dan nodig voor het vissen of
vloeistoffen in het water te werpen die de vissen
kwetsen of doden of het water verontreinigen.
Art.
100.8 Het visverlof
zal onttrokken worden aan diegenen die veroordeeld
worden voor een overtreding overeenkomstig
bovenstaande artikelen. De intrekking van het
visverlof kan nooit de terugbetaling van de
retributie tot gevolg hebben. De tuigen, welke
verboden zijn onder bovenstaande artikelen, worden
in beslag genomen om neergelegd te worden ter
griffie van de rechtbank als bewijsstuk der
overtreding.