Griet/Scophthalmus rhombus
|
|
De vis heeft een schijfvorm, maar is
iets minder hoekig en langgerekter dan de
tarbot. In
tegenstelling tot de
tarbot heeft de
griet een gladde huid. De vis wordt relatief dikker als de grootte
toeneemt.
Max. lengte/gewicht: 75cm/8kg.
Nederlands record 1987: 57cm 2930gr.
Leefgebied/gedrag:
Noordoost-Atlantische Oceaan, Noordzee,
Oostzee en Middellandse zee. Kleine exemplaren langs de Nederlandse kust
algemeen.
Leeft op zandige en gemengde bodems tot een diepte van -50 meter, maar
vermijdt estuaria en brak water. De griet houdt zich vaak op langs de
randen van diepe geulen.
Als voedsel vooral kreeftachtigen maar ook vis (grondels, zandspiering,
wijting).
Vistechniek:
Deze platvissoort leeft solitair op
zand- en grindbanken. Ze passen hun kleur geheel aan aan de bodem en
zijn echte viseters. Ze komen ook voor rond wrakken waar ze een goede
schuilplaats zoeken nabij de stroomgeul. Ze jagen niet echt, maar
schieten al wachtend onder het zand ineens te voorschijn, en een visje
is dan kansloos in hun harde bek. Je vangt ze het beste van het voorjaar
tot en met het najaar, al blijft het niet eenvoudig er één te vangen.
Het zijn echte viseters die hun neus ophalen voor een zager of pier.
Alleen de kleinere exemplaren, tot 20 centimeter willen zich nog wel
eens aan dit aas vergrijpen. Tarbot en griet lijken nogal op elkaar, je
houd ze uit elkaar door de vorm, tarbot is rond en griet is ovaal. Het
zijn hele leuke vissen om te vangen, vooral ook vanwege het
onverwachte.
De aanbeet met een vette dreun lijkt in eerste instantie een vastloper.
Daarna is het takelen en geeft de vis weinig sport.
De vistechniek is zowat identiek als deze voor tarbot en kan je daar
terugvinden.
Tarbot
|
|