|
Vistechnieken
- feedervissen
Afsteunen van de hengel
Klik op de afbeelding voor
een vergroting
|
Klik op de knop Vistechnieken of op home in de kopbalk om
terug te keren.
Quivertip
|
U heeft waarschijnlijk wel eens een
visser langs de waterkant gezien waarbij de hengel bijna
evenwijdig aan de oever lag afgesteund. Een dergelijke opstelling, waarbij de
hengeltop een hoek van 100 tot 120 graden met de uitgeworpen lijn maakt, is een voorwaarde voor
een optimale
beetregistratie bij quivertipvissen. De voorkant wordt op een speciale steun
gelegd, met de top zo dicht
mogelijk bij het water, zodat de wind geen vat kan krijgen op de uitstaande
lijn. De topsteun komt
op circa 25 cm van de hengeltop wat ideaal is om ongewilde bewegingen van
de top tegen te gaan. De handgreep van de hengel komt dan op een speciaal steuntje, of op de
zitmand,
of nog beter, op uw bovenbeen. Hierbij kunt u de hengel comfortabel
vasthouden en razendsnel reageren
op een beet door zijwaarts aan te slaan.
Bij langere hengels is een derde
steunpunt soms noodzakelijk
zodat de hengel in het midden niet doorhangt, maar wordt minder toegepast.
We vissen steeds met de stroomrichting mee, waarbij we bijna automatisch in de
juiste hoek vissen.
De regel is dus, wind of stroming naar rechts, de hengel naar rechts opstellen. Wind of stroming naar
links, de hengel links opstellen. Hieruit volgt dat men dan ook zowel naar
links of rechts moet leren aanslaan,
maar dat is alleen een kwestie van gewoonte.
Meestal werpen we recht voor ons uit, waarbij we dus haaks op de oever vissen.
Besluiten we echter om
een bepaalde reden meer rechts of links te vissen, dan moet de hengel onder een
andere hoek geplaatst
worden volgens de richting waarin we vissen, zodat we terug een hoek van 90 tot
120 graden vormen met
de lijn.
|
de juiste hoek
evenwijdig met de oever
Klik op de afbeelding
voor een vergroting
|
Er zijn verschillende soorten speciale feeder hengelsteunen te koop, waarbij de
voorste topsteun de
belangrijkste is. Hiervoor kun je een brede v steun gebruiken,
al of niet
verlengd.
Met deze "long trotting" steun kan men de lijn tijdens het afzakken onder spanning houden, en zo ook
beten zien tijdens het
afzakken van het aas. (zie vistechnieken)
De andere steunen hebben
dan weer inkepingen waarin de
hengel vaster op zijn plaats ligt en bij beet niet afschuift. Beide systemen
hebben hun voordeel,
en meestal
is het hier de persoonlijke voorkeur die primeert.
|
Enkele verschillende
modellen van steunen. De laatste twee zijn beter geschikt voor de swingtip
Een model gemaakt voor gebruik met een plateau. Keuze uit verschillende
voorstukken.
|
Quivertip op stromend water
|
De hengels hiervoor
zijn doorgaans langer (tot 5meter) en zwaarder (zwaarder lood). Ook hier werpen we met de stroom mee, maar de hengel zetten we nu in een positie met de top
naar de hemel gericht, een hengelsteun zoals strandvissers gebruiken is hierbij
een grote hulp. Zolang de feeder naar de bodem zakt zal de tip zich sterk
naar het water buigen. Van zodra de feeder de bodem raakt ontspant de tip zich, maar niet voor lang.
Onder druk van de stroming
komt er snel weer spanning op de lijn.
Op stromend water hoeven we zelf de lijn
nooit strak te draaien,
dat doet de stroom voor ons wel. Als het gebruikt gewicht van de feeder correct
is, zal deze zich
2 tot 3 maal licht verplaatsen over de bodem om daarna definitief te blijven
liggen. Door het licht
opnemen van de lijn wordt de feeder onmiddellijk van de bodem opgetild en kan
zo verplaatst worden.
Het loodgewicht moet aangepast worden tot we bovenstaand resultaat bereiken.
---De stroming maakt de voerkorf in geen tijd leeg. Ook wanneer je nog geen
aanbeet kreeg, moet je toch regelmatig binnendraaien en een nieuwe gevulde
voerkorf inwerpen.
---Je kan ook gebruik maken van speciale stroomkorven met driehoekig lood. Door
zijn vorm blijft het makkelijker liggen en raakt het niet zo snel vast. Er zijn
ook voerkorven met ankers (Balzer).
|
Swingtip
|
Om een swingtip perfect af te steunen
zijn drie steunpunten nodig. Omdat we de swingtip door indraaien van de lijn moeten trimmen is het belangrijk dat de steun een voorziening
heeft die het vrij passeren van de lijn
toelaat. Als topsteun is een vlinder of brilsteun bijzonder geschikt. Het
voordeel van deze steun is dat de
hengel blindelings tussen de wijde lussen geplaatst kan worden en dan toch
altijd goed ligt.
Plaats de voorsteun altijd zo dat er nooit meer als 25cm van de top vrij hangt,
dit om ongewilde bewegingen
van de top door wind tegen te gaan. Halverwege ondersteun je de hengel nogmaals
om doorhangen te
voorkomen, waarbij we hier bij voorkeur gebruik maken van een brede oplegsteun. Hierin moet ook een
inkeping voorzien zijn voor de vrije doorvoer van de lijn. De greep van de
hengel laten we simpelweg op
de zitmand steunen of op een zijwaarts geplaatste gewone V steun.
|
De perfecte swingtip
opstelling |
In tegenstelling met de quivertiphengel wordt de swingtip bijna haaks op
de oever afgesteund, net als een
vaste hengel. Bijna, omdat we de hengel met de windrichting of stroomrichting
mee altijd iets uit het lood zetten. Daarmee bedoel ik dat we de top altijd iets naar links of rechts laten wijzen.
Een bijkomend voordeel
hiervan is dat we een onbelemmerd zicht krijgen op de top. Ook hier is het
wenselijk altijd tegen de
visrichting in aan te slaan. Om de directe invloed van de wind zoveel mogelijk uit te sluiten plaatsen we de
swingtip altijd zo beschut
mogelijk en zo dicht mogelijk bij het wateroppervlak.
Soms is een perfecte opstelling niet mogelijk. Zo kan de voorste steun vaak
niet dicht genoeg bij de
top, en bij geen of matige wind kan dit zonder al te veel hinder. |
Vaak voorkomende opstelling
|
Anders is het gesteld als er zo veel wind is dat er parallel met de oever gevist wordt.
Het kan natuurlijk, al is het behelpen en is de beetregistratie niet meer echt
subtiel te noemen. Zelf zou ik
aanraden om op zo'n dag voor een andere viswijze te kiezen zoals bv. de
quivertip.
Maar toch zie je het vaak, en meestal in combinatie met een beet indicatie bord. Dit is een plaat met lijnen
die op een steun juist voor de swingtip gezet is. Het schermt de top af
van de wind, en men ziet door
de lijnen
de minste beweging van de swingtip. Deze is echter niet gemaakt om zijwaarts te
bewegen, vandaar. |
Vissen met de swingtip
evenwijdig met oever en een beetindicatie bord.
Klik op de afbeelding
voor een vergroting
|
|
|
|