Twisters

Wisten de rubberen imitaties vroeger slechts vissers te vangen, dan kwam er met dit kunstaas verandering. Hoewel slechts een simpel ogend kunstaas, is en blijft het een van de best vangende zachte kunstaassoorten. De twister is niet meer weg te denken uit de kunstaaskoffer. Mits goed gemonteerd, voeren ze onder water zulke verleidelijke dansen op, dat roofvis ze niet kan weerstaan. We vissen deze twister steeds in combinatie met een loden jigkop  waarvan het gewicht en model aanpasbaar zijn aan de vissituatie. Het is een kunstaas dat huppelend over de bodem binnen gevist wordt. Door deze manier van vissen vang je er hoofdzakelijk snoekbaars en baars mee, al is een snoek er ook niet vies van.  Maar opgepast ! Niet altijd beweegt het kleurrijke kunstaas zich zo, dat het de interesse van roofvissen opwekt. De montage moet in ieder geval aan volgende eisen voldoen:

1. De staartboog moet tegenovergesteld staan ten opzichte van de haakboog. Doe je dat niet, dan beweegt de staart niet optimaal en bestaat het gevaar dat hij zichzelf prikt, waarbij de haak in de staart komt te zitten.

2. Het is belangrijk dat je, vooral bij de dikkere jigkoppen, de haaksteel precies door het twisterlijfje haalt. Wanneer er een kromming in het lijfje zit, dan zal dat nadelig uitpakken voor de actie van de twister.

3. De jigkop moet voorzien zijn van een weerhaak, zodat het twisterlichaam niet kan verschuiven. Een druppel secondelijm werkt ook, maar dan is het achteraf moeilijker een andere twisterlichaam te plaatsen.

Jiggen uit veren
 

In tegenstelling met een twister die los verkrijgbaar is en op de jigkop geplaatst wordt, is de jigbody op de haakkop gebonden als een kunstvlieg. De actie veranderd enigszins volgens het gebruikt materiaal. Dat kan zowel geitenhaar, maraboe, pluimen, bucktail of iets anders zijn. Meestal is er nog wat extra versiering ingewerkt onder de vorm van glinsterend en reflecterend materiaal. Voor mij is de jig niet alleen een van de leukste kunstaassoorten, maar ook een van de effectiefste als het om snoekbaars of baars gaat. De jig moet je, in tegenstelling tot zijn broertje de twister steeds zelf z'n actie meegeven. Tussen twee waters of rechtlijnig over de bodem binnendraaien is er hier niet bij. De manier van binnenvissen is verder echter identiek aan de Twister.
Je kunt de meest uiteenlopende materialen gebruiken om de jigkop mee aan te kleden,
maar voor mij is er geen betere jig, dan deze gemaakt van wit of rood maraboe met wat ingewerkt tinsel.

1: Jiggen met haar  -  2 Tinsel jig   -  3 Maraboe jig

Jigkoppen
 

De jigkop vormt het werpgewicht en de fladderstaart of het buctail zorgt voor de actie. Jigkoppen zijn er in verschillende gewichten, modellen en kleuren. De meest voorkomende zijn de gewone min of meer bolvormige, maar daarnaast zijn er ook modellen met een afgeplatte onderkant, waarbij de haak onder een hoek van 45° naar boven wijst. Deze zijn voor het vissen van af de oever het best. Er zijn tevens vele andere  modellen, maar de eenvoudigste modellen zijn nog steeds het meest bruikbaar en daarbij het goedkoopst. Met een kunstaas dat zo dicht tegen de bodem gevist wordt, dat verspelen door vastlopen een regelmatige zaak is, is dit zeker niet onbelangrijk. Want kost een twisterlijfje weinig, samen met de loodkop is dat toch weer niet zo gering. Maar op sommige dagen kan juist een afwijkend model voor verrassingen zorgen, dus volledigheidshalve plaats ik er hier enkele bij.
1 de klassieke twisterkop met als extra, een groot beweeglijk oog.
2 de glijder. Door de lange afgeplatte vorm komt het kunstaas bij inhalen onmiddellijk naar boven en slingert het meer. Men kan met deze kop echter slechts minitwisters gebruiken. Daarbij bijt de vis meestal in het lood, en mis je hem, dan zal deze zelden een tweede poging wagen.
3 een standaard jig met een viskopje. Voor als je het echt  natuurlijk wil laten lijken.
4 een typische stand-up jigkop. Met deze kop staat de haak altijd naar boven en haakt ook minder vuil. Ideaal voor het vissen vanaf de oever.
5 de roggekop. Ook hier blijft de haak steeds boven de bodem en met de vleugeltjes heeft het de eigenschap van een de glijder.

  
Enkele klassieke jigkop modellen - en onderstaand enkele minder gewone modellen


 
                          

Twister lijfjes
 

Ook deze zijn er in alle maten en modellen, van de gewone enkele staart tot octopusmodellen. Van mini tot maxi, om nog niet te praten over het uitgebreid kleurengamma. Ze zijn echter relatief goedkoop in aanschaf, dus kan het geen kwaad om meerdere kleuren en modellen in de kunstaasdoos te hebben en uit te proberen. Na de vangst van enkele roofvissen zijn ze trouwens vlug aan vervanging toe. Er worden ook modellen verkocht die ik echter bestempel als miniatuur shads. De kleinste hiervan kunnen nog wel aan een jigkop gevist worden, maar eigenlijk behoren ze tot een andere groep kunstaas, de shads, met een eigen viswijze.

 
 

      Enkele verschillende modellen en kleuren.

Viswijze Twister & Jig
 

De viswijze is even simpel als doeltreffend. Je werpt de twister uit en laat hem afzinken naar de bodem met een liefst strakke lijn. Als het kunstaas de bodem bereikt heeft, start je de twister door even de hengeltop omhoog te brengen. De hengeltop wijst trouwens in de richting van het water, en liefst zo dicht mogelijk bij de waterspiegel. Zo blijft de twister langer tegen de bodem. Je vist de twister nu huppelend terug binnen. Dit doe je door de hengeltop met een tik 50cm omhoog te brengen. Aast de snoekbaars echter voorzichtig, dan is 20-30cm vaak beter. Daarna laat je de top terug zakken, terwijl je de lijn inhaalt. Zo blijf je contact houden met het kunstaas en komt het naar je toe. Op deze manier vis je de bodem af tot tegen jouw voeten. Andere dagen is het soms beter om de twister met korte rukjes binnen te vissen of om hem gewoon in één beweging, langzaam aan een stuk door, over de bodem terug te vissen. Een ding is altijd belangrijk, doe alles steeds met een strakke lijn en hou steeds contact met het kunstaas.
Het gebeurt meer dan eens dat de snoekbaars een afzinkend of stilliggend aas pakt. Zoals met bijna elk kunstaas is het vaak zoeken naar het juiste ritme en is afwisselen en experimenteren vaak de oplossing die tot aanbeten leidt. 

Materiaal
 

De hengel  
Spinhengel, 10 tot 30 gr werpgewicht, lengte 2.4 vanaf een boot en  2.7 meter van af de oever. De hengel moet beschikken over een topactie, dus een vinnige hengel met ruggengraat.
De molen  
Als werpmolen is een kleine molen van goede kwaliteit geschikt. Een conische verwerpspoel is aan te raden. 
De lijn:
De lijn liefst met zo weinig mogelijk rek, zodat het contact met het kunstaas optimaal is. De gevlochten lijnen zijn hier in het voordeel. Je moet dan wel een onderlijn van fluocarbonlijn gebruiken, omdat deze minder zichtbaar is. De dikte van de draad is afhankelijk van het soort water (sterk begroeid of niet) en de te verwachten snoekbaars. Meestal is een lijn met 5kg trekkracht ruim voldoende. Ik geef hier geen diameter op, omdat er tegenwoordig een enorm verschil zit in de verhouding soort lijn, diameter en trekkracht. En de regel hoe lichter hoe beter geld zeker voor snoekbaars ook.

Welke kleur of grootte  
Dit is steeds afhankelijk van de dag zelf. Meestal is wit of blauw de favoriete kleur. Snoekbaarzen kunnen trouwens kleuren zien. Het kan er dus wel toe doen welke kleur je gebruikt.