|
Visreis -
Senegal april 2010
|
Zie ook andere senegal reizen voor info
Over vismethoden/beste
tijd/uitrusting....enz...
Klik op de foto voor een
vergroting |
Hoewel in dacht dat ik
waarschijnlijk nooit meer naar Senegal zou trekken ben ik dit jaar in april
terug gegaan. Dat kwam in hoofdzaak door de korte tijd tussen de beslissing om
te vertrekken op visreis en de vertrekdatum. Hierdoor waren de meeste
vliegtuigtarieven te hoog. Het enig betaalbaar alternatief was een reis
te boeken voor acht dagen vol pension in... jawel: Les palutuviers in Senegal.
Dit bij Nekkerman. Prijs 900 Euro.
Na nog wat trubbels en het verplaatsen van de vertrekdatum met 8 dagen wegens de
Vulkaan aswolk kwam ik uiteindelijk terug op een vertrouwde stek.
Het
meeste van de dagelijkse routine en de vismethodes kan je terug vinden bij de
andere Senegal visreizen. Deze zijn trouwens na deze reis nog bijgewerkt.
Van deze reis is het verslag dan ook wat beperkt.
Dag 1
Ik wordt in Dakar zoals gewoonlijk afgehaald door een wagen van de Palutuviers.
Als enige passagier kan ik de chauffeur zo ver krijgen om enkele stops te maken
waarbij ik wat voedingwaren en gebruiksartikelen koop voor enkele kennissen bij de plaatselijke bevolking die nu reeds zeker van mijn
komst op de hoogte zullen zijn.
En dat de tam tam nog steeds naar behoren werkt blijkt bij aankomst in het hotel
als bijna iedereen aanwezig is om me te verwelkomen.
Het is reeds laat en daardoor lukt het me niet meer om nog een boot te boeken
buiten het hotel om. Ik doe het dan ook rustig aan, wat ik
trouwens bij vertrek reeds vooropstelde, maar waar ik me dan bij aankomst
meestal weinig aan hou.
Dus wat relaxen bij een goede long-drink terwijl ik op de hoogte gebracht
wordt van de laatste nieuwtjes in het dorp en de omgeving.
|
Mijn kamer en het uitzicht op de Sine
Saloum vanaf het terras |
Dag 2
In de voormiddag even informeren wie er op dit moment over een snelle
boot beschikt en die uiteraard ook een goede visgids is. Er zijn
verschillende mogelijkheden, maar uiteindelijk kies ik voor Jaja van
Toebacouta. Dit is het dorp waar ik verblijf. (Er zijn trouwens overal
wel Jaja's, dus opgepast hiermee)
Hij beschikt over een boot met 40pk motor, maar de boot is volgens mijn
gids vrij vlug, en hij verzekerd mij dat het een van de beste vissers
is die zowaar de zee kan lezen.
We kunnen hem per GSM bereiken, maar hij blijkt met klanten op het
water te zijn. Vanaf morgen is hij echter vrij. We spreken af om die
avond over de prijs en de condities te onderhandelen. Die zullen wel
binnen het budget zijn, dus ben ik er vrij gerust in.
Tot in de namiddag gaat het van de ene kennis naar de ander.
Het zijn er zoveel dat ik uiteindelijk besluit om bij mijn vertrek een feestje te geven
waarbij ik iedereen uitnodig.
Achteraf, vlugger gezegd dan gedaan, want later zal blijken dat je in
Senegal niet zomaar lukraak een feestje organiseert.
In de late namiddag krijg ik bericht via een loopjongen dat Jaja in het
hotel op me wacht.
Het blijkt een jonge man te zijn die reeds enthousiast is met het
vooruitzicht de ganse week werkt te zullen hebben. De vraagprijs voor
de boot is 60 euro per dag. Dit is ongeveer de prijs die het
hotel op dit moment ook vraagt. Normaal kan je hierop nog wel een
25% afpingelen, maar dat doe ik deze maal niet. Ik vraag echter wel om
voor die prijs zelf te beslissen over de vistijd, ook als dit meer dan
enkele uren extra inhoud of ik tot laat in de nacht wil vissen. (al
gebeurde dit deze maal niet) Daarbij moet hij steeds zorgen voor levend aas
en verse garnalen.
(diepvries)
We gaan nog even naar de boot en maken een korte trip waarbij hij me de
topsnelheid even demonstreert.
Afspraak morgen om 8 uur.
Die avond ga ik samen met mijn persoonlijke gids rond de tafel om een en
ander te regelen voor het afscheidsfeest.
Ik wil ondermeer een danstroep, twee schapen als maaltijd en voor
iedereen 3 gratis drankjes. |
De boot en Jaja in voorbereiding met het werpnet voor
aasvisjes |
Dag 3
Ik kan deze maal niet opstappen aan de steiger van het hotel, blijkbaar
mag de boot van Jaja hier niet aanleggen. De opstapplaats is echter slechts een
honderdtal meter verder. Enig nadeel is wel dat je er steeds natte voeten
aan over houd omdat je een stukje naar de boot moet die in kniehoog water ligt
te wachten.
De koelbox wordt ter plaatse door de winkel van As aangeleverd, samen met het
nodige ijs. Voor het lunchpakket zorgt het hotel. Dit zijn dus reeds twee
dingen waar ik de volgende dagen niet meer hoef naar om te kijken.
Ik hoef enkel na 5 dagen bij As de verbruikte drank af te rekenen en dit
aan de gewone winkelprijs, wat een beduidend verschil is in
vergelijking met de hotelprijs.
Jaja is echter wat aan de late kant, waardoor ik vermoed dat er problemen
zullen zijn met de garnalen. Gisteravond hoorde ik reeds dat deze op dit moment
slecht sporadisch te krijgen zijn. Ik ga dan ook nog vlug even naar de keuken
van het hotel en bekijk de daar liggende voorraad in de diepvriezer. Er liggen
enkele kg mooie grote en verse garnalen waarvan ik na wat onderhandelen 3 kg kan
meenemen.
Als ik terug bij de oever kom is Jaja ondertussen reeds aangekomen, en wat
blijkt: geen garnalen. Hij verzekerd me echter dat hij deze nog vandaag
geleverd zal krijgen.
We vertrekken, en omdat ik duidelijk maakte dat mijn doel minstens een grote
vis is, stelt Jaja voor om het eerst op Poin Jacson te proberen.
Eerst trollen we enkele uren, maar dat levert geen enkele aanbeet op.
Als we daarna nog een goed uurtje op de bodem proberen levert ook dit
slechts enkele kleine katvissen en karpertjes op. We doen verschillende plaatsen
aan, maar er
is geen verschil te merken. Uiteindelijk vertrekken we richting Grand foss.
Hier aangekomen zie ik Jaja voor het eerst aan het werk met het werpnet. Hij
neemt voor iedere worp ruim de tijd maar iedere worp levert dan ook minstens één
aasvis op, en soms 3 tot4 stuks. Met deze aasvissen, harders van rond de 18cm
proberen we op bodem en dit op de diepste plaatsen. Ik krijg reeds hoop
als ik een korte run krijg, maar deze stopt en bij controle is de
aasvis verdwenen. Ook hier verkassen we regelmatig zonder resultaat.
Tegen de avond zakken we af, met onderweg hier en daar een korte stop op veel
belovende plaatsen. Maar ook nu bestaat de vangst hoofdzakelijk uit kleine
katvis.
Als we terugvaren zegt Jaja dat we het morgen eens aan Plage d'or zullen
proberen op kapitein.
Die avond komt mijn gids me vertellen dat ze reeds een groep dansers gevonden
heeft. De gevraagde prijs is echter absurd hoog, en ik als ik
telefonisch een aanbod doe aan 1/10 van de vraagprijs blijkt dat ze dit
aanvaarden, zogezegd omdat ze vrienden zijn van de gids. Ook met de
plaats waar ik het feestje wil geven is er een probleem. De burgemeester vindt
het niet goed. Ik begeef me dan maar naar het militair kamp even verder
omdat ik weet dat ze daar een zaaltje hebben dat regelmatig als disco gebruikt
wordt.
Met de verantwoordelijke militair kom ik overeen dat ik het zaaltje gratis krijg
en zij zorgen voor de drank en bediening, mits ze mogen mee eten met 6
militairen.
Ik bestel 300 drankjes aan de gewone winkelprijs, wat neerkomt op circa 125
euro.
En daarmee is mijn avond naar Afrikaanse normen meer dan goed gevuld. |
Jaja aan het werk met het werpnet voor aasvisjes.
|
Dag 4
Plage D'or.
Hier presteren we het zelfs om bijna niets te vangen. De hengeltoppen staan wel
bijna nooit stil door de talrijke aanbeten van kleine vis die ervoor zorgen dat
we continu de haken opnieuw moeten beazen.
Als ik met een lichtere lijn en een
kleine haak even een test doe, blijken de aanbeten afkomstig van kleine katvis
van nog geen 15cm.
Ook nu verkassen we regelmatig, maar verbeteren doet het niet.
Die dag vang ik enkel een klein kapiteintje van ongeveer 1.5kg en één
papegaaivis. De rest is klein grut van nog geen 500 gram.
Ondertussen legt Jaja mij het een en ander uit over het tij. Blijkbaar is het
nu niet het goede moment. Binnen twee dagen komt de hoogste tij stand en vanaf
dan zou het goed moeten zijn gedurende 4 dagen. Voor mij betekend dat echter
slechts één goede visdag, namelijk de laatste.
Jaja stelt dan ook een alles of niets voor. Namelijk de volgende twee dagen
gebruiken om de boulons af te zoeken naar kapiteins en dan de laatste dag op
Grand Fosse op grote rog of grote Carp rouge te vissen.
s'avonds ga ik even de familie opzoeken die moet zorgen voor het bereiden van de
twee schapen. Ondertussen heeft Mariamba mijn gids ook voor een schriftelijke
toelating gezorgd voor het organiseren van een feestje. Dat komt van de
prefect van het district (3euro). Ook voor stoelen en tafels is reeds gezorgd.
Voor
de schapen gaan ze morgen naar de markt in Kaolac. |
één kleine kapitein en alleen klein grut zoals
dit baby roggetje. |
Dag 5/6
Deze twee dagen proberen we zowat alles wat we kunnen met wisselend
succes en op verschillende plaatsen. Soms kleine carp rouge en gris, enkele
papegaaivissen, Crapo's en een hoop kleine katvis.
Als we tussen twee stekken even enkele pluggen trollen, vangen we hiermee nog 2
poison sabre's. Deze slanke geepachtige vissen zijn beiden langs buiten gehaakt.
Op één plaats echter weten we kapitein te vangen, geen echt grote, tot maximum
3kg. Blijkbaar komen ze hier in de namiddag jagen want beide dagen vang ik er op
exact dezelfde plaats en tijd een achttal.
Een ding wil ik hier nog meegeven, en dat is de vistechniek die ik hier van Jaja
leerde.
Normaal stellen we onze slip zo af dat de lijn niet kan breken, maar er
voldoende spanning op zit om het de vis moeilijk te maken. Dè manier waarop het
eigenlijk moet. In het verleden speelden we hier op die manier geregeld gehaakte
kapiteins kwijt door lijnbreuk. Helmut meestal een stuk meer dan mij. Voor die
reden gebruikten we vroeger dan ook nog zelden nylon, maar schakelden we bij
kapiteins over op stalen onderlijnen. Hiermee kreeg je dan wel minder
aanbeten, maar vangen deed je ze dan wel.
Reden hiervoor is dat de kapiteins over een reeks zaagtanden in de bek beschikt. Overbijten van de lijn lukt ze hiermee zelden, alleen gebruiken ze hiervoor
een andere tactiek. Ze geven namelijk krachtige zijdelingse rukken met
hun kop, waarbij de lijn over de tanden schuurt en daarbij gegarandeerd zorgt
voor lijnbreuk.
Helmut verspeelde meer vissen dan ik omdat mijn hengels iets veerkrachtiger
waren en de meeste korte rukken door de hengel opgevangen werden waardoor de
lijn minder over de tanden schuurde.
Dus wil je veel kapiteins vangen, kies dan resoluut voor nylon onderlijnen.
Wel 40 tot 50/00 !! Ook bij kleine vissen. En dan stel je de slip zo af dat bij
de minste ruk lijn gegeven wordt zonder dat de hengeltop beduidend uitplooit.
De dril duurt dan wel een heel stuk langer, maar je vangt wel 9 van de 10
vissen en zeker 70% meer dan met staaldraad.
Die avond ga ik de schapen bekijken die vandaag aangekocht werden. Als
ik ze voor het eerst zie denk ik dat het geiten zijn. In gedachten zie
ik immers onze schapen, maar deze zien er eerder geitachtig uit. Prijs
van de beesten 30.000 en 40.000 Cfa per stuk, eentje is immers wat groter
dan de ander.
Verder blijkt alles in orde te zijn en zijn er aardappelen, kruiden
en andere benodigdheden voor de maaltijd. Ook zijn er 50 stokbroden
besteld bij een plaatselijke bakker. |
Kapitein/Poison sabre/Papegaaivis |
Dag 7
Volgens Jaja moet het vandaag gebeuren. We nemen geen garnalen mee en
zullen uitsluitend met vers gevangen aasvisjes vissen.
Het vangen zelf duurt zeker anderhalf uur, maar dan hebben we er ook een
tiental die perfect van maat zijn. Hardertjes van 18 tot 25cm.
Hoe groter hoe beter zegt Jaja, een grote Carp Rouge kijkt immers niet om naar
een visje van 10cm.
Het is reeds bijna middag als het tij
begint af te gaan, en vol spanning wachten we op de eerste run. Toch
komt deze nog totaal onverwachts. De slip giert het plots uit en door
de spanning op de hengel duurt het een tiental seconden voor ik de
hengel uit de steun krijg. Als ik deze uiteindelijk in de vechtgordel
plaats zie ik dat de spoel reeds flink leeg is. Ik roep naar jaja dat
hij het anker moet lossen, maar daarmee is hij al in de weer en was
mijn waarschuwing reeds overbodig.
Plots zie ik de bodem van de werpmolenspoel in zicht komen en besluit
geen lijn meer toe te geven. Er rest me trouwens niet meer dan 10 meter.
Juist op het moment dat ik denk dat het afgelopen is omdat de hengel
vervaarlijk naar een breekstand doorbuigt, hoor ik de motor
aanslaan en schiet de boot vooruit richting nog steeds wegrunnende vis.
In enkele minuten is de spoel weer halfvol en krijg ik hoop om deze vis
alsnog te landen, nu ben ik immers in de bevoorrechte positie dat ik de
vis overal kan volgen.
Als de eerste run eindelijk gestopt is denk ik dat het ergste voorbij is, maar dat is dan zonder de vis gerekend die er beslist anders
over denkt.
Gedurende 30 minuten kan ik alleen wat lijn inhalen als de boot de vis
dichter nadert. Voor de rest doet de vis zowat wat hij wil.
Na een
halfuurtje echter worden de runs korter en feller en ben ik in staat
om zo nu en dan de vis uit evenwicht te halen en enkele meter naar de
boot toe te takelen.
De vis heeft zich tot nu toe nooit vastgezet wat ons doet
veronderstellen dat het hier een vrij grote Carp Rouge moet zijn. Maar
uiteindelijk blijkt dat niet zo te zijn.
Uit de nu volgende rustiger runs merk ik dat het toch een rog moet
zijn.
Door de ervaring die ik in de afgelopen jaren opdeed met roggen, pas ik
nu de techniek toe van wat afstand nemen met de boot en de vis dan
schuin naar boven takelen. Dus niet loodrecht, of bijna loodrecht onder
de boot.
Het maakt het drillen eenvoudiger en heeft de vis veel minder kans om
zich op de bodem in te graven.
Deze techniek toont zijn succes als de reuzenvis plots op een 20 meter
van de boot door het oppervlak breekt.
Maar blijkbaar heb ik iets te vlug gehandeld en is de vis bijlange na
nog niet moe. Hij gaat dan ook onweerstaanbaar terug naar de diepte.
De slip staat nu echter zo afgesteld dat dit zowel van de vis als van de
hengeluitrusting het uiterste vraagt.
Een tiental runs later krijg ik de vis uiteindelijk naast de boot en
haft de schipper hem met de eerste poging. Al is dat niet zo duidelijk
in het spartelend geweld dat nu volgt. De schipper gebruikt een
geïmproviseerde losschietende gaf, die ikzelf ook eens maakte uit
noodzaak bij mijn grootste rog enkele jaren terug, waardoor de vis nu enkele meter
naast de boot aan een koord ligt uit te razen, tot hij uiteindelijk stil mee
dobbert.
Jaja wil de vis houden, en trekt hem met veel moeite in de boot. Zelf
neem ik nog enkele foto's van deze toch wel mooie vis.
Daarna gaan we terug naar de oever om nog enkele aasvisjes te vangen.
Het kost ons deze maal wat meer moeite en we stoppen dan ook met zes
stuks om even later weer op dezelfde plaats als voordien te ankeren.
Met een brede lach op zijn gezicht roept Jaja met wat grigri (toverkunst) dat de volgende mag komen. En verrassend genoeg duurt dit
geen kwartier.
Ditmaal is de aanbeet en de run niet zo fel, waardoor alles wat
normaler verloopt.
Zelf voel ik meteen dat deze vis, hoewel groot, toch een stuk kleiner
is dan de vorige.
De dril verloopt dan ook rustiger, alhoewel ik deze maal iets
geforceerder dril.
Dit omdat ik denk dat ik door de vorige inspanning misschien fysische
problemen zou krijgen met mijn armen bij een lange dril.
Maar dat gebeurd niet en na 30 minuten ligt er terug een rog van
ongeveer 40 kg naast de boot. Deze maal gaffen we hem niet maar
verwijderen de haak met een lange onthaaktang en geven hem zijn vrijheid
terug. Ook foto's neem ik niet, en dit omdat Jaja nog steeds tegen
mijn wil de vis wil gaffen. Voor hem is dit immers een extra inkomen.
Daarna wil Jaja een derde maal proberen, het is immers nog maar ruim 15
uur.
Zelf besluit ik dat het genoeg is geweest en ik deze reis in alle rust
kan afsluiten.
We varen dan ook tevreden terug nagenietend van deze prachtige dag.
|
Rog van dit formaat/60 kg is niet zo alledaags
|
Daar ik zo vroeg terug ben, kan ik nu ook de
laatste voorbereidingen van het feest die avond nog meemaken. Terwijl de
familie van Mariamba druk in de weer is met het klaarmaken van de
schapenstoofpot ga ik nog even de troep muzikanten en dansers, die ondertussen
toegekomen zijn, opzoeken. Dit blijken slechts 4 man te zijn en niet zoals
afgesproken 10 personen. Het zijn alleen muziekanten en de dansers ontbreken.
Maar dat zou niemand storen verzekerde men mij, want het zijn erg goede, en ze
zijn hier nog nooit geweest, wat dan weer een extra attractie is.
Mij stoort dat wel, en dat zal dan ook te merken
zijn bij de afrekening. Alhoewel ik achteraf toch moest toegeven dat ze in een
mum van tijd alle aanwezigen op het feest die avond in een luidruchtige roes
kregen met hun opzwepende gezang en muziek. Er waren die avond ongeveer 150
personen aanwezig, en iedereen was piekfijn uitgedost, waarbij de vrouwen
zoals steeds met hun mooiste kledij pronkten. De militairen kwamen me achteraf
nog even met tranen in de ogen uitgebreid bedanken waarbij ze me zowat aan
iedereen wilden voorstellen. Al denk ik dat dit reeds een nevenwerking was van
de gratis drank die nog eens met 200 biertjes was uitgebreid.
Als ik na middernacht terug wandel naar het hotel, geniet ik even alleen van de
stilte en van dit Afrika voor ik de volgende dag terug naar België moet
vertrekken.
|
Het klaarmaken van de schapenstoofpot
De familie en de zangers reeds eerst aan de maaltijd
Later die avond op het feestje met de opgetutte dames. |
|
Video verslag vissen Senegal:
https://youtu.be/TDnR2V-DcYA
|
|
|