|
Deel 2
Klik op de foto voor
een vergroting |
Dag 7
Het is vroeg in de morgen als we ons klaar maken voor vertrek naar het
vliegveld. In de nabijheid van het vliegveld ligt de Corantijn rivier, en daar
willen we nog even onze hengels uitwerpen. Ruim anderhalf uur later zijn we ter
plaatse. De rivier zelf is hier enorm breed, diep en fel stromend. Norman zet
ons af bij de eerste de beste plaats, echt gezellig of veelbelovend ziet het er
hier niet uit, maar we hebben dan ook geen tijd om naar iets beter uit te
kijken. Na het optuigen van de hengels rest ons slechts max 2 uur. Er zitten
hier grote meervallen, dus start ik met bodemlood en een stuk vis als aas. Het
lood van 70 gram is echter niet zwaar genoeg, en de stroming brengt het naar de
oever. Maar ondanks dit krijg ik beet. Niet van de verwachte meervallen, maar
van piranha's, die het aas in een mum van tijd verorberen. Ik weet er 3 stuks
te vangen, ze zijn niet echt groot, maar de drie jongens in de buurt
zijn maar wat blij dat ze mogen meenemen. Helmut heeft ondertussen
verschillende aanslagen gekregen op zijn spinner en plug, maar weet geen enkele
vis te landen. Ik besluit dan maar om het even te proberen, en maak zo kennis
met mijn eerste pauwoog cichlide. De vis neemt de spinner met al zijn kracht,
en probeert hem daarna met jumpen en runs naar de begroeiing terug kwijt te
geraken. Maar het is tevergeefs, en enkele minuten later hou ik voor het eerst
een tucanari in de hand. Ondertussen is het tijd voor ons vliegtuig, een
gammele cesna die ons in een uur terug naar de hoofdstad brengt. De vlucht zelf
is fascinerend. Het heeft ons een goede indruk van de uitgestrekte jungle met
hier en daar een rivier die het oerwoud doorkruist. Over het volledig
traject kon ik nergens een teken van bewoning zien tot we in de buurt van de
hoofdstad kwamen. Aangekomen staat de vrouw van Norman ons op te wachten. Zij
brengt ons eerst naar de hengelsportzaak, waar we ons materiaal wat willen
aanvullen. We kopen er wat stalen onderlijnen en lood, en een boothengel als
vervanging van de gebroken hengel. Dan naar het hotel, eten, en gaan
stappen in de uitgangsbuurt. |
Mijn eerste vis aan de oever van de Corantijn, en een zicht uit
het vliegtuig. |
Dag 8
Normaal is hier een vrije dag voorzien, maar we regelden het, dat Norman een
boot voor ons zou reserveren. Prijs 250 sd voor de volledige dag van 8 tot 18
uur. Onze uitstap de avond voordien was echter wat uit de hand gelopen
en door een misverstand is het reeds 11 uur als we alsnog besluiten te gaan
vissen. We weten dat we reeds te laat zijn voor het wisselen van het tij
omstreeks 12 uur, maar wat moeten we anders ! Het is dan ook reeds bijna 13 uur
als we op de rivier zijn en een visserbootje enteren om wat aas aan te kopen.
Buiten wat kleine garnalen die we zelf moeten uitzoeken heeft hij nog wat kleine
vis bij. Ook hiervan vragen we er een tiental. Bijna zoals steeds krijgen we
dit gratis maar geven toch 10 sd. Aan de netten aangekomen is het reeds eb, en
we proberen nog enkele katvissen te vangen. We vangen er een vijftigtal, tot
de vissers achter ons de netten beginnen op te halen. Aan een vlakbij liggende
boot vragen we wat verse aasvisjes, en besluiten enkel nog de twee zwaardere
hengels uit te leggen. Het is een juiste keuze , want door het
ledigen van de netten achter ons zijn de grotere rovers in de buurt. Ze komen
af op de bijvangst die prompt weer in het water gekieperd wordt. De beten
blijven dan ook niet uit, en onze slip giert het uit bij iedere aanbeet. We
vangen niet minder dan 6 mooie roggen. Gewicht 5.1/5.4/10.2/10.5/15/33kg. Voor
de grootste, is de hulp van de naast ons liggende visser meer dan welkom om de
vis in de boot te krijgen. Alle vissen worden trouwens onmiddellijk na de
vangst teruggezet, echt lekker vinden ze rog toch niet, en we mogen zelf
beslissen, vandaar. De enige vis die de schipper wel wil om te eten is de
katvis van 7.4 kg die Helmut als extra weet te vangen. Het is 18 uur als we
tevreden stoppen. En wat eerst als een vrije dag bedoeld was, is nu een
geslaagde namiddag vissen is geworden.
|
Enkele van de vissen van die dag
|
Dag 9
Vandaag staat een nieuw hoofdstuk op het programma, het Brokopondo stuwmeer.
De rit ernaar toe duurt ongeveer 3 uur. Kevin, de Nederlandse eigenaar van de lodge is die dag ook vanaf Paramaribo vertrokken met zijn wagen en de boot op de
trailer. Hij rijdt de volledige weg voor ons uit waarna we samen toekomen aan
de botenhelling. Er is ook nog een andere boot toegekomen vanaf het water die onze bagage en de ouders
van Kevin naar de lodge brengt, zodat wij met de boot van Kevin de kans krijgen
om onderweg naar de lodge, gelegen op een eiland in het meer, te vissen. Eerst gaan we echter naar enkele hutten aan de oever, waar jonge
meisjes met een net, kleine aasvisjes vangen voor de vissers. Het duurt even,
maar voorzien van circa 5cm lange zilveren visjes vertrekken we voor onze eerste
kennismaking met de vissen op het meer. Na een flink stuk varen op hoge
snelheid tussen de boven het water uitstekende boomtoppen, is het eindelijk zo
ver. Kevin plaats een elektromotor vooraan op de boot, die hij met de voeten kan besturen en zo de boot tussen de bomen
dirigeert, terwijl hij vist. We kiezen voor Rapala skitter pops als kunstaas, en de beten laten
niet lang op zich wachten. Het is een prachtige manier van vissen, en de
eerste maal dat ik dit kunstaas gebruik. De popper wordt met korte bewegingen, of aan een stuk terug binnengevist, waarbij deze met veel kabaal het
water voor zijn neus opzwiept. Een voor de Tukunari onweerstaanbare prooi. De
vis valt het kustaas dan ook met een steeds verrassende jump aan, waarbij we
letterlijk kunnen spreken van het kunstaas aanslaan, niet aanvallen. De vissen
proberen als ze gehaakt zijn op allerlei manieren het kunstaas terug kwijt te
geraken, met springen, hoofdschudden tot korte diepe runs naar de onderwater liggende
takken. Deze takken zijn trouwens nooit veraf, en het gebeurd dan ook meer dan
eens dat, zeker aan lichter materiaal, de vis
zijn vrijheid terug wint. Iedereen vangt wel zijn deel, maar de grootste vissen
worden steeds door Norman gevangen. Achteraf blijkt dat hij na een gemiste beet, steeds een aasvisje aan de dreg bevestigde, en zo de vis vaak tot een tweede
uitval kon verleiden. (Dat merkte ik echter pas na twee dagen op) We
proberen verschillende plaatsen uit, en merken bijna steeds op de eerste tien
worpen of ze er zitten. De visplaats kan zowel een ondergelopen eiland zijn,
de oevers van een eiland, of tegen drijvende waterplanten aan. Steeds is de
diepte echter beperkt tot maximum enkele meter. Op een van die plaatsen probeer
ik het ook even met een kleine duikende Rapala. Ik vang hiermee iets meer
vissen, waaronder enkele piranha's , maar ze zijn allen aan de kleine
kant. Maar ook aan deze dag komt een einde, en we overnachten in de open lodge onder een prachtige sterrenhemel.
|
Het meer - De lodge buiten en binnenkant
|
Dag 10
In sep-okt-nov verzamelt een ander soort vis, de Kubi, zich op sommige diepere
plaatsen in het meer. Norman neemt ons deze morgen dan ook mee naar een van die
plaatsen. De diepte is er ongeveer 18 tot 30 meter, en de bodem zeer
grillig. We vissen met het lood onderaan en het aas, kleine visjes, aan een
zijlijntje er boven. Het is terug Norman die een eerste mooi exemplaar van ruim
1kg weet te vangen. Onze vissen zijn echter nooit meer dan 25 cm groot,
daarbij vangen we tussendoor geregeld kleine katvissen. Meer dan eens
gebeurd het ook dat we van een gehaakte vis bij het binnenhalen slechts de
kop overhouden. De overal aanwezige piranha's zien in de gehaakte, weerloze vis
vaak een gemakkelijke prooi. Na een tijd monteer ik een platvis onderlijn met
verschillende afhoudertjes, waarvan ik er twee laat staan, en de rest verwijder.
Met deze montage, waaraan ik nu twee aasvisjes monteer, komen
de aanbeten ook dubbel zo vlug. Voordeel hiervan is, dat je bij een gemiste
aanbeet, de lijn op diepte kunt laten, waarbij het tweede aasvisje zijn werk
doet. Maar al bij al is het slechts een vrij doffe manier van vissen, en op de
middag besluiten we dan ook om weer op Tukunari te vissen. De rest van de
namiddag proberen we weer verschillende plaatsen uit, en overal weten we wel
enkele exemplaren te vangen, maar nergens blijken ze massaal aanwezig te zijn. De laatste plaats die we aandoen is het eiland recht tegenover onze lodge. en hoewel Norman beweerde dat ze na 18 uur niet meer bijten, weet ik er
hier in de schemering nog acht stuks te vangen. Resultaat van die namiddag, ik
zeker ruim 20 stuks, Helmut en Norman iets minder, maar steeds wel iets
grotere exemplaren. |
Het vissen op Kubi samen met de plaatselijke vissers. Helmut met een van de pauwoogcicliden.
De twee meest gevangen vissen op het stuwmeer. |
Dag 11
Deze morgen moeten we terug naar de stuwdam, waar we voor twee uur dienen aan
te komen. Twee uur, omdat vanaf dan de kans op meer wind toeneemt en het
water aan deze zijde van het meer dan te woelig kan worden voor onze boot en
de terugweg onmogelijk kan maken. Onderweg doen we zoals steeds nog enkele
eilandjes aan, en weer vangen we overal wel iets, maar toch beduidend minder
dan de afgelopen dagen. Op het laatste eiland dat we bevissen voor we aan de
dam zijn, weet ik voor het eerst twee mooie exemplaren van ruim 2 kg te vangen. Het is dan ook een mooie afsluiting voor dit prachtig meer. De rest van
de dag gaat op in de terugrit, en de bagage klaar maken voor het vertrek de
volgende dag. |
Vissen op pauwoogciclide - Tucunari
|
Dag 12-13
Ondanks dat we reeds om 14 uur moeten vertrekken naar de luchthaven, vissen we
ook deze morgen nog, of dat was toch de bedoeling. Vissen deden we wel, maar
vangen was er niet bij, het is volle maan geweest, en de stroming is dan veel feller
dan de vorige dagen. Daarbij was het water bruin gekleurd van de modder. Alles
bleef beperkt tot enkele korte rukjes op de hengeltop, waarbij het me toch
lukte om nog een mooie katvis van ongeveer 5 kg te vangen. Naam die ze de vis
gaven: Passisi.
En hiermee zat deze visreis er op. Het zou pas de volgende middag zijn als we
in België uit de trein stappen.
|
Video verslag vissen Suriname
:
https://youtu.be/CNHtraZLchA
|
|
|